Controleren

Hieronder staan een aantal tips voor het controleren van uw resultaten. Dit helpt u om snel een aantal veelgemaakte fouten te kunnen herkennen en herstellen. De controle achteraf is geen vervanging voor een zorgvuldige opbouw en bewerking van uw model.

Foutmeldingen

Bij het berekenen van een model wordt op twee momenten naar de invoer gekeken. Tijdens het importeren worden de bestanden apart gecontroleerd op invoergegevens die niet correct zijn. Deze stap wordt de validatie genoemd. Als u het bestand in de kaart bewerkt, dan valideert de Rekentool uw aanpassingen nogmaals bij het opslaan van de tabellen.

Tijdens het starten van de berekening wordt een controle uitgevoerd op de onderlinge samenhang van de bestanden. Dit kost meer tijd dan een enkelvoudige validatie.

Validatiegegevens

Als eerste stap in het uitvoeren van een berekening gaat de Rekentool de aangeboden bestanden valideren.

In het taakscherm na de validatie staat een samenvatting van de eventueel gevonden fouten. Deze fouten heeft u tussen het starten van de taak en het berekenen van de taak op kunnen lossen.

Foutcodes in rekenresultaat

Voordat de taak daadwerkelijk wordt berekend, voert de Rekentool aanvullende controles uit. De samenvatting van de resultaten van de gecombineerde controle vindt u in het detailscherm en in het proces-overzicht.

In onderstaand voorbeeld zijn 144 rekenpunten ingelezen die aan één of meer wegen zijn gekoppeld.

  • 7 rekenpunten zijn gekoppeld aan een niet-bestaand segment_ID en worden niet berekend.
  • 22 rekenpunten zijn gekoppeld aan een weg met een SRM-2 wegtype en worden als SRM-2 rekenpunt berekend.

voorbeeld uit detailscherm

Als u het bestand bekijkt in de kaart, dan hebben de 7 foute rekenpunten geen berekende concentratie. Ze tonen grijs in de kaart. De oorspronkelijke overdrachtslijn is vervallen.

fout in kaart

Errorcodes

Tijdens de berekening voert de Rekentool enkele aanvullende controles uit. Fouten die hierbij worden opgemerkt krijgen een errorcode in het csv-bestand van de resultaten.

Betekenis van de errorcodes
Code Betekenis
0 geen fout
5 segment waarnaar het rekenpunt verwijst is niet gevonden
6 snelheidstype van het segment is niet correct
7

onduidelijkheid of het een SRM-1- of SRM-2 rekenpunt betreft.
Mogelijke oorzaken:

  • het rekenpunt heeft koppelingen met verschillende soorten segmenten (SRM-1 en SRM-2)
  • de kolom ‘wegtype’ bevat in het rekenpuntenbestand een waarde uit het SRM-1-bereik en in het segmentenbestand een waarde uit het SRM-2 bereik
8 de rekenkern voor SRM-2 berekeningen (VLW) berekent hier om onbekende redenen negatieve concentraties

Resultaatbestanden controleren

Het is verstandig om niet alleen de automatische verslagen te lezen, maar ook zelf enkele steekproeven te nemen op het resultatenbestand. Deze controle helpt u om fouten te herkennen die niet technisch van aard zijn. Denk hierbij aan zaken zoals een typefout in de intensiteiten, die leidt tot een opvallend lage wegbijdrage op één rekenpunt.

Voorbeelden van handige steekproeven:

  • Hebben alle SRM-1-punten ook een SRM-1-bijdrage? Als er geen duidelijke koppeling gemaakt kan worden tussen het rekenpunt en een weg in de omgeving, dan berekent de Rekentool geen SRM-1-bijdrage. Dit leidt tot een te lage totale concentratie op dit punt.
  • Hebben alle rekenpunten ook een SRM-2 bijdrage? Het is ongebruikelijk dat wegen in een stedelijke omgeving op meer dan 5 km van elke SRM-2 weg vandaan liggen. Als een rekenpunt geen SRM-2 bijdrage heeft, dan is het verstandig om na te gaan of er iets aan de hand is met dit punt. Mogelijk zijn niet alle SRM-2 wegen goed meegekomen met het rekenbestand of ligt het rekenpunt juist precies op een SRM-2 weg. Het is ook voorgekomen dat het probleem bij de Rekentool lag. Neem contact met ons op als u vermoedt dat de Rekentool onjuiste waarden genereert.
  • Zijn de juiste gegevens gebruikt? In het logboek vindt u een lijst met gegevens. Het bevat onder andere de namen van de aangeboden bestanden, het jaartal waarvoor wordt gerekend en de versie van de Rekentool (en daarmee van de gebruikte GCN en emissiefactoren).

Voor het bekijken van de Rekenresultaten kunt u de kaart van de Rekentool gebruiken. Deze kaart heeft aan de rechterzijde een legenda. Hiermee kunt u de weergave van de rekenpunten aanpassen. Voor elke stof die u kunt berekenen is een aparte legenda beschikbaar.

image109

De tabel onder de kaart geeft de totale concentraties weer als u meerdere rekenpunten selecteert. Als u één rekenpunt selecteert dan kunt u ook zien hoe deze concentratie is opgebouwd.

image110

Tip. Met de opties + en – in de rechter bovenhoek van het resultatenscherm kunt u de grootte van de tabel aanpassen.

U kunt uw rekenresultaten ook opslaan en via uw eigen PC bekijken. Met een programma zoals Excel kunt u de CSV openen en met een GIS applicatie opent u de shape.

De volgorde van de informatie heeft de volgende logica:
Identificatiekenmerken – totale concentraties – deelbijdragen van SRM-1 en 2 – achtergrondconcentraties – correcties – foutmeldingen