GD4a-Weersafhankelijke regelingen toepassen

Nummer

GD4

Bedrijfstak

Sport en recreatie

Activiteit

Verwarmen van een ruimte

Weersafhankelijke regeling ontbreekt op een cv-groepen met hogetemperatuurverwarming.

Weersafhankelijke regeling toepassen op cv-groepen als dit op ketels onmogelijk is door  warmtapwatervoorzieningen.

Een weersafhankelijke regeling regelt automatisch de aanvoertemperatuur van het cv-water via de buitentemperatuur. Een weersafhankelijke regeling  zit in een behuizing in de technische ruimte (of stookruimte). Deze regeling kan ook in een gebouwbeheersysteem of in een optimaliserende regeling zijn geïntegreerd. Dit is te herkennen aan een buitenvoeler in een behuizing (zoals een kleine kast) aan de buitenkant van de muur. Vaak aan de noord- of noordoostgevel.

De warmtebehoefte in het gebouw is hangt af van van de buitentemperatuur. Bij lage buitentemperaturen (in de in de winter) is het nodig dat het cv-water voldoende warmte heeft om aan de werkruimten af te geven (bijvoorbeeld via radiatoren). Bij hogere buitentemperaturen (in de zomerperiode) is een lagere cv-watertemperatuur genoeg voor de warmtebehoefte.

De energiebesparing van de weersafhankelijke regeling zit in de lagere temperatuur van het cv-water als de warmte niet nodig is. Dit scheelt gasverbruik.

Een weersafhankelijke regeling verandert de temperatuur van het cv-water aan de hand van de buitentemperatuur. Een hoogrendementsketel (bijvoorbeeld de HR107-ketel) heeft een hoger rendement bij een cv-watertemperatuur die lager is dan 55 °C. Zo heeft een HR-ketel bij een cv-watertemperatuur van 90 °C een rendement dat tot wel 12% lager kan zijn dan bij een cv-watertemperatuur van 45 °C.

De weersafhankelijke regeling draagt bij aan een hoger comfort in de ruimten. Met cv-water van 90 °C en een buitentemperatuur van 15 °C is het snel te warm in een gebouw.

Bij grotere gebouwen (groter dan 500 m² vloeroppervlak) is het gebouw vaak opgedeeld in meer cv-groepen ook wel secundaire groepen genoemd. Dit om in elk gebouwdeel via maatwerk een behaaglijk klimaat te bereiken. Als de primaire groep een weersafhankelijke regeling heeft, dan zijn automatisch ook de secundaire groepen weersafhankelijk geregeld. Als de warmtebehoefte van de ruimtes verschilt, dan is het goed om voor iedere secundaire groep een weersafhankelijke regeling te plaatsen.

De primaire groep is de aanvoer- en retourleiding van de ketel naar de aanvoerverdeler en retourverzamelaar. De aanvoerverdeler verdeelt het opgewarmde water over de secundaire groepen. De retourverzamelaar verzamelt het afgekoelde cv-water van de secundaire groepen. Daarna gaat het water (in de retourleiding van de primaire groep) weer terug naar de cv-ketel.

Controleren instellen en het borgen van een doelmatige werking en gebruik van het warmteafgifte- en distributiesysteem:

• Controleren en vastzetten van de (thermostatisch) radiatorknoppen in openbare ruimten.
• Controleren en verwijderen van obstakels bij radiatoren die de warmteafgifte beperken.
• Waterzijdig inregelen van de radiatoren van de verwarmingsinstallaties
• Controleren instellingen van de frequentieregeling cv-pomp.

Controleren instellen en het borgen van een doelmatige werking en gebruik van isolatiemateriaal van leidingen, appendages en installaties in onverwarmde ruimten:

• Periodiek het isolatiemateriaal controleren op en het herstellen van beschadigingen van het isolatiemateriaal  (van bijvoorbeeld verwarmingsinstallaties en koelinstallaties met bijhorende leidingen en appendages).
• Zo zuinig mogelijk instellen van bedrijfstijd ventilatievoorziening.
• Controleren instellingen en afstellen van de frequentieregeling van ventilatoren.

Zelfstandig moment: Ja.

Natuurlijk moment: Ja.