GC2a-Twincoilsysteem toepassen

Algemeen

Nummer
GC2
Bedrijfstak
Onderwijs
Activiteit
Ventileren van een ruimte
kruisstroomwisselaar
warmteterugwinsysteem-ventilatielucht-2
warmteterugwinsysteem-ventilatielucht-1

Toepasbaarheid

Warmteterugwinsysteem ontbreekt in de luchtbehandelingskast.

Beschrijving

Een twincoilsysteem gebruikt de warmte uit uitgaande ventilatielucht voor het voorverwarmen van ingaande ventilatielucht. Hiervoor is het nodig dat de aanvoer en afvoer van de lucht in het ventilatiesysteem mechanisch is; een gebalanceerd ventilatiesysteem. Een gebalanceerd systeem heeft een luchtbehandelingskast. Het warmteterugwinsysteem zit in de luchtbehandelingskast.

Een luchtbehandelingskast behandelt in een deel de aanvoer van de ventilatielucht, in het andere deel de afvoer van de ventilatielucht. Deze twee delen kunnen tegen elkaar aan staan (of bestaat als één luchtbehandelingskast) maar kunnen ook een paar meter van elkaar af staan. Dit door de ruimtelijke inpassing.

Op de luchtbehandelingskast zijn vier kanalen aangesloten. Twee bij het deel voor de aanvoer van de ventilatielucht: voor het aanzuigen van buitenlucht en een kanaal om lucht in het gebouw te blazen. En twee bij het deel van de afvoer van de ventilatielucht: een kanaal voor het afzuigen van de ventilatielucht vanuit het gebouw en een kanaal voor afblazen naar de buitenlucht.

Een twincoilsysteem bestaat uit twee warmtewisselaars die met elkaar in verbinding staan. Zij zijn verbonden met een leidingsysteem met daarin een energiedrager (water/glycol-mengsel) die de warmte opneemt en afgeeft. De energiedrager wordt in dit gesloten systeem rondgepompt. Eén warmtewisselaar zit in de af te voeren ventilatielucht waar de energiedrager warmte opneemt. De andere warmtewisselaar bevindt zich in de aangezogen verse buitenlucht. Daar staat de energiedrager de warmte af aan de verse buitenlucht.

Een twincoilsysteem wint ongeveer 60% warmte terug. De verwarmingsinstallatie hoeft de ingenomen ventilatielucht minder te verwarmen, dat is een besparing op het energieverbruik van de verwarmingsinstallatie.

Een luchtbehandelingskast heeft modules. Op de zijkant van elke module staat meestal de functie. Ook is vanaf technische schematische tekeningen af te leiden uit welke onderdelen de luchtbehandelingskast bestaat (bijvoorbeeld: verwarmen, koelen, ont- en bevochtigen en warmteterugwinning). Een in gebruik zijnde luchtbehandelingskast mag niet worden geopend.

Om de functies te herkennen van de verschillende delen van de luchtbehandelingskast, staat hieronder de normale opbouw voor het deel dat de buitenlucht aanzuigt en in het gebouw blaast.

  1. De inkomende verse koude buitenlucht warmt eerst op in een twincoilsysteem. Deze warmtewisselaar is met een aanvoer- en retourleiding aangesloten op de andere warmtewisselaar van het twincoilsysteem in het andere deel van de luchtbehandelingskast.
  2. Daarna zit in de luchtbehandelingskast een warmtewisselaar voor het kunnen naverwarmen van de ventilatielucht door de verwarmingsinstallatie tot de gewenste inblaastemperatuur. Deze warmtewisselaar is met een aanvoer- en retourleiding aangesloten op de verwarmingsinstallatie.

Het kanaal met de aangezogen koude verse buitenlucht heeft vaak een zwarte isolatie om condensvorming tegen te gaan. De luchtbehandelingskast heeft meer warmtewisselaars om de ventilatielucht te conditioneren.

Bij ventilatieluchtkoeling is er een warmtewisselaar die is aangesloten met een aanvoer- en retourleiding op de koelinstallatie. Onder deze warmtewisselaar staat een opvangbak voor condenswater die is aangesloten op het riool. Een afvoerleiding is vaak te zien.

Doelmatig beheer en onderhoud

Rendementverlies in het ventilatiesysteem voorkomen of beperken:

  • Periodiek schoonmaken van de luchtkanalen, filters en ventilatoren in het ventilatiesysteem.
  • Filters luchtkanalen tijdig vervangen.
  • Periodiek controleren en schoonmaken van de warmtewisselaars.
  • Verminderen van luchtvervuilingsbronnen waardoor de ventilatievoud lager kan zijn.
  • Zo zuinig mogelijk instellen van bedrijfstijd ventilatievoorziening.
  • Controleren instellingen en afstellen van de frequentieregeling van ventilatoren.

Controleren instellen en het borgen van een doelmatige werking en gebruik van isolatiemateriaal van ventilatiekanalen in onverwarmde ruimten:

  • Periodiek het isolatiemateriaal controleren op en het herstellen van beschadigingen van het isolatiemateriaal.

Financiële aspecten

Zelfstandig moment: Ja, als conventioneelrendementsketel (CR-ketel) of verbeterdrendementsketel (VR-ketel) ketel aanwezig is.

Natuurlijk moment: Ja. als hoogrendementsketel 100 of 104 (HR 100- of HR 104-ketel) aanwezig is.

Aanvullende informatie

In onderwijsgebouwen met minimaal een energielabel C, of onderwijsgebouwen met een bouwjaar vanaf 2003 of later wordt aangenomen dat de maatregel al is genomen. Het energielabel staat voor de energieprestatie op basis van getroffen maatregelen.