FC4a-Condensordrukregeling toepassen.

Algemeen

Nummer
FC4
Bedrijfstak
Bedrijfshallen
Activiteit
In werking hebben van een koelinstallatie

Toepasbaarheid

Vaste condensordruk gedurende het hele jaar. Elektronisch expansieventiel is aanwezig.

Beschrijving

De koelmachine heeft een verdamper waarmee het warmte haalt uit het te koelen medium of de te koelen ruimte. Met een condensor staat de koelmachine de opgenomen warmte af (meestal aan de buitenlucht). Hoe kleiner het verschil in temperatuur van het koudemiddel tussen de verdamper en de condensor, hoe hoger het (theoretisch) rendement van de koelmachine.

Voor een goede warmteoverdracht van de condensor is een vast temperatuurverschil van ongeveer 15 °C met de buitenlucht nodig. Bij het ontwerpen van de koelmachine is voor de condensortemperatuur rekening gehouden met een zomerse temperatuur van 30 oC of hoger. Zo werkt de koelmachine altijd goed. Over het hele jaar, maar ook over de zomerperiode is de (gemiddelde) buitentemperatuur lager. Een lagere temperatuur voor de condensor is dan al goed genoeg. De druk van de condensor mag dan ook lager zijn. Met een automatische condensordrukregeling is de druk steeds aan te passen zodat het temperatuurverschil tussen de condensor en de buitenlucht gelijk blijft. Het bespaart energie om de druk te verlagen.

Bij een automatische condensordrukregeling is het temperatuurverschil van het koudemiddel tussen de verdamper en de condensor lager. De koelmachine heeft een hogere coëfficiënt of performance (COP), wat een besparing is op het elektriciteitsverbruik van de koelmachine.

De condensor staat vaak op het dak of hangt aan de muur. De donkere warmtewisselaar heeft koelvinnen. Op het scherm van de koelmachine is soms de condensordruk af te lezen. Op de specificaties of de offerte van de koelmachine is te zien of er een condensordrukregeling is.

Doelmatig beheer en onderhoud

Doelmatige werking en gebruik van de koelinstallatie voor productkoeling:

  • Periodiek de temperatuur- en tijdinstellingen controleren en waar nodig herprogrammeren.
  • Controleren op en verwijderen van ijsvorming op de verdamper.
  • Afstellen van de koelinstallatie om onnodige koeling te beperken.
  • Uitschakelen koelsysteem in ongebruikte ruimtes.
  • Periodiek de condensor en verdamper van het koelsysteem reinigen en de luchtaanzuiging bij de condensor controleren.
  • Periodiek het rendement controleren en onderhouden van de koelinstallatie.
  • Verplaatsen van warmteproducerende apparatuur naar buiten de gekoelde ruimten.
  • Optimaliseren van koeling setpoints voor een hogere koeltemperatuur.

Warmteverlies beperken door naden, kieren en andere openingen in de wand:

  • Controleren op en het dichten van naden en kieren in de wand.
  • Periodiek controleren en herstellen van schade aan isolatiemateriaal.
  • Voorkomen van koudebruggen en het beperken van warmteverlies via bestaande koudebruggen.

Doelmatige werking van de koelinstallatie voor productkoeling:

  • Koelinstallaties op een koele locatie (of in een koele ruimte) plaatsen.

Voorkomen koudeverlies uit koeling of koelmeubel:

  • Sluiten deur koeling (als aanwezig).
  • Afdekken koelmeubelen (als aanwezig).

Doelmatige werking en gebruik van verlichting:

  • Periodiek schoonmaken van armaturen, lampen, reflectoren en bijhorende schakelingen en regelingen.
  • Vervang tijdig defecte lampen.
  • Aanpassen van het verlichtingsniveau aan de activiteit.

Financiële aspecten

Condensortemperatuur wordt jaargemiddeld minimaal 5°C lager dan huidige condensortemperatuur.

Energieverbruik koel- of vriesinstallatie is minimaal 190000 kWh per jaar.

Zelfstandig moment: Ja. Natuurlijk moment: Ja.