FC7a-Groter condensoroppervlak toepassen zodat temperatuurverschil tussen condensor en buitentemperatuur maximaal 10°C wordt.

Algemeen

Nummer
FC7
Bedrijfstak
Bedrijfshallen
Activiteit
In werking hebben van een koelinstallatie

Toepasbaarheid

Temperatuurverschil tussen condensor en buitentemperatuur is minimaal 20°C.

Koeltemperatuur is lager of gelijk aan 2°C.

Beschrijving

De koelmachine heeft een verdamper waarmee het warmte haalt uit het te koelen medium of de te koelen ruimte. Met een condensor staat de koelmachine de opgenomen warmte af (meestal aan de buitenlucht). Hoe kleiner het verschil in temperatuur van het koudemiddel tussen de verdamper en de condensor, hoe hoger het (theoretisch) rendement van de koelmachine.

Bij een groter oppervlak van de condensor is het warmte-uitwisselingsvlak groter. Met een groter warmte-uitwisselingsoppervlak is in een bepaalde tijd meer warmte met dezelfde hoeveelheid koudemiddel over te dragen bij dezelfde temperaturen. Andersom geldt ook, met dezelfde hoeveelheid koudemiddel met een lager temperatuurverschil is dezelfde hoeveelheid warmte af te voeren in een bepaalde tijd. Met een ongeveer twee keer zo groot condensoroppervlak is een temperatuurverschil tussen de condensor en buitenlucht van maximaal 10°C mogelijk.

Bij een kleiner temperatuurverschil van het koudemiddel tussen de verdamper en de condensor is de coëfficiënt of performance (COP) van de koelmachine hoger. Een hogere COP is een besparing op het elektriciteitsverbruik van de koelmachine. In beide gevallen hoeft de koelmachine minder hard te werken voor hetzelfde resultaat. Dus minder energie te leveren. Dit is de besparing.

De condensor staat vaak op het dak of hangt aan de muur. De donkere warmtewisselaar heeft koelvinnen. Een ventilator blaast buitenlucht tegen de warmtewisselaar. Op het scherm van de koelmachine is soms de condensortemperatuur uit te lezen.

Doelmatig beheer en onderhoud

Doelmatige werking en gebruik van apparatuur, machines, installaties en computers:

  • Buiten bedrijfstijden apparatuur, machinerie en installaties uitschakelen die onnodig aanstaan.
  • Periodiek de temperatuur- en tijdinstellingen controleren en waar nodig herprogrammeren.
  • Borgen van de goede werking van apparatuur, machinerie en installaties die passen bij een juist gebruik (overeenkomstig de ontwerpuitgangspunten).
  • Uitvoeren van preventief onderhoud.

Financiële aspecten

Koelvermogen is maximaal 250 kWthermisch.

Bedrijfstijd koelinstallatie is minimaal 3100 vollasturen per jaar.

Zelfstandig moment: Nee. Natuurlijk moment: Ja.