Informatieplicht energiebesparing
Sinds 1 juli 2019 moeten inrichtingen voldoen aan de informatieplicht energiebesparing. Iedere inrichting die onder de energiebesparingsplicht van het Activiteitenbesluit valt, moet ook een rapport indienen.
Een rapport indienen kan via: Mijn RVO. Zo weet het bevoegd gezag welke energiebesparende maatregelen al aanwezig zijn in het bedrijf.
Gerichte controles
Met de informatie over de al genomen energiebesparende maatregelen kan het bevoegd gezag zien wat de huidige situatie is bij bedrijven. Het is zo mogelijk gericht en efficiënt controles uitvoeren. De toezichthouder kan zich zo richten op inrichtingen die achter lopen met energiebesparing.
Wat betekent de informatieplicht energiebesparing voor een inrichting?
Een drijver van een inrichting geeft aan welke energiebesparende maatregelen al in de inrichting aanwezig zijn. Uitgangspunt is de lijst met erkende maatregelen voor energiebesparing die voor een bedrijfstak is opgesteld. Deze maatregelen staan in bijlage 10 van de Activiteitenregeling.
Hoe kan een inrichting aan de informatieplicht energiebesparing voldoen?
Een drijver van de inrichting voldoet aan de informatieplicht energiebesparing als het voor 1 juli 2019 een compleet rapport indient. Dat kan via: Mijn RVO.
Met deze informatie bepaalt het bevoegd gezag of binnen een korte tijd een controle nodig is.
De informatie van inrichtingen wordt via eLoket ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De informatie wordt opgeslagen in een databank. Het bevoegd gezag kan de data uit eloket ophalen. Meer informatie op de website van RVO.nl (onderaan staat de tekst 'informatie voor gemeenten en omgevingsdiensten', daar is informatie te vinden voor gemeenten en omgevingsdiensten allebei in een aparte tab).
Bij RVO wordt de informatie uit de database gerubriceerd en gecodeerd naar mate van naleving en energieverbruik. In beginsel wordt op alle bedrijven toezicht gehouden. Het zwaartepunt zal liggen op de bedrijven die veel overtredingen maken én veel energie verbruiken.
Rubricering
De bedrijven worden zodanig benoemd in de volgende categorieën.
REGIME |
Uitleg |
---|---|
R1: Hoogste prioriteit bij Toezicht |
Deze inrichtingen geven aan dat één of meer erkende maatregelen (nog) niet zijn uitgevoerd. Het bevoegd gezag stelt, eventueel op basis van een aanwezige toelichting, (schriftelijk) aanvullende vragen, legt een energiebesparingsonderzoek op voor grootverbruikers en/of stelt een maatwerkvoorschrift vast voor de niet uitgevoerde maatregelen. |
R2: Nadere beoordeling |
Deze inrichtingen geven aan dat alle toepasselijke erkende maatregelen (gedeeltelijk) zijn getroffen.
Het bevoegd gezag beoordeelt deze omschrijving uitgebreider en zal op basis hiervan besluiten tot handhavende acties over te gaan. Vanaf eind november 2020 zullen de volgende subcodes opgenomen worden in de rapportages: R2A: er is minstens één Alternatieve maatregel voor een erkende maatregel uitgevoerd. R2G: er is minstens één erkende maatregel Gedeeltelijk uitgevoerd. R2AG: er is minstens één Alternatieve maatregel voor een erkende maatregel uitgevoerd én er is minstens één erkende maatregel Gedeeltelijk uitgevoerd. R2B: de rapportage is ingediend onder Bedrijfstak zonder EML. |
R3: In principe voldaan |
Deze inrichtingen geven aan dat alle toepasselijke erkende maatregelen uit hun bedrijfstak geheel zijn uitgevoerd. Dit kan met een vinkje in eLoket worden aangegeven. Een maatregel is niet toepasselijk als:
Het bevoegd gezag controleert deze inrichtingen steekproefsgewijs. |
Codering
De rubricering zal aan de rapportages worden toegevoegd die door de bevoegde gezagen worden opgehaald uit eLoket. Door middel van een code per regime: R1, R2 of R3.
- Er wordt een code ('?') aan R3 toegevoegd waar meer dan 80% van de antwoorden hetzelfde zijn (volledig uitgevoerd, natuurlijk moment is nog niet aangebroken, niet van toepassing, er is niet voldaan aan de randvoorwaarden);
- Er wordt een code aan R1 toegevoegd voor inrichtingen die meer dan 25% ('!'), 50% ('!!') en 75% ('!!!') van de toepasselijke erkende maatregelen (nog) niet uitgevoerd hebben.
Tijdens de periodieke voortgangsmonitoring zal dan ook te zien zijn welk regime zijn binnengekomen. De gegevens kunt u dan vinden op de website van RVO.nl.
Verbruikers |
Verbruik |
---|---|
M: Middelgrote verbruikers |
≥ 50.000 kWh en < 200.000 kWh elektriciteit of ≥ 25.000 m3 en < 75.000 m3 aardgas(equivalent) |
G: Grootverbruikers |
≥ 200.000 kWh en < 1 miljoen kWh elektriciteit of ≥ 75.000 en < 170.000 m3 aardgas(equivalent) |
Z: zeer grootverbruikers |
≥ 1 miljoen kWh elektriciteit of ≥ 170.000 m3 aardgas(equivalent) |
Hoe kan een inrichting aan de plicht tot energiebesparing voldoen?
Door alle maatregelen te nemen die voor de inrichting gelden, kan de inrichting voldoen aan de energiebesparingsverplichting uit het Activiteitenbesluit. Een drijver kan afwijken van de erkende maatregelen door een andere maatregel te nemen. De wettelijke term is "alternatieve maatregel". Het gaat om een maatregel die ten minste gelijkwaardig is (of beter) aan de erkende maatregel.
De drijver moet de alternatieve maatregel verplicht omschrijven. Dit is geregeld in het toekomstige artikel 2.15, derde lid, van het Activiteitenbesluit.
Om de maatregelen te rapporteren gebruikt de inrichting eLoket voor Informatieplicht energiebesparing van RVO.nl. Het bevoegd gezag haalt de gegevens na 1 juli 2019 op uit eLoket.
Er kan natuurlijk pas met sancties worden gewerkt als eLoket voor invullers goed functioneert en toezichthouders over die informatie / rapportages kunnen beschikken.
Meer informatie over de informatieplicht is te vinden op de website van RVO.nl
Wanneer moet een inrichting aan de informatieplicht energiebesparing voldoen?
Vóór 1 juli 2019 moet iedere inrichting een rapport bij het bevoegd gezag indienen. Op die manier voldoen zij aan de plicht die 2 mei in werking is getreden. De drijver moet het rapport eens per 4 jaar indienen. Dit is geregeld in artikel 2.15, tweede lid, van het Activiteitenbesluit.
EED energie-auditplichtige-ondernemingen moeten het rapport voor 5 december 2019 indienen.
Hoe kan een inrichting een rapport indienen?
Indienen van het rapport doet de drijver via eLoket van RVO.nl. Hiervoor moet het bedrijf eHerkenningmiddel (met minimaal niveau 1) hebben. Er is één eHerkenningsmiddel per bedrijf of instelling nodig. Dus niet per inrichting.
Het bevoegd gezag kan vervolgens de gegevens in eLoket ophalen.
Relatie energiebesparingsplicht en informatieplicht
Informatieplicht en de plicht tot energiebesparing zijn verschillende verplichtingen. Het is mogelijk dat een inrichting door op tijd te rapporteren voldoet aan de informatieplicht, maar niet voldoet aan de energiebesparingsplicht. Dit is het geval als niet alle maatregelen in de inrichting aanwezig zijn. Of andersom, alle voorgeschreven energiebesparende maatregelen zijn aanwezig, maar niet op tijd gerapporteerd via eLoket.
Relatie Filter Erkende Maatregelen en eLoket
Het Filter Erkende Maatregelen (FEM) en eLoket zijn verschillende instrumenten. Ze vervangen elkaar niet. De drijver vult de rapportage via eLoket in om aan te tonen in hoeverre hij aan de Energiebesparingsplicht voldoet.
Het FEM laat zien welke erkende maatregelen of energiebesparende maatregelen aanwezig zijn of nog zullen komen. Dit alles volgens de EML-systematiek volgens de voorwaarden in bijlage 10 van de Activiteitenregeling. Het bevoegd gezag kan het FEM ook gebruiken om een checklist naar de drijver te sturen.