Wat wordt verstaan onder de term ‘behandelingsbaden’ in IPPC-categorie 2.6?

Vraag

Wat wordt verstaan onder de term ‘behandelingsbaden’ in IPPC-categorie 2.6 van bijlage I van de RIE (2010/75/EU)? tellen de spoelbaden hier bijvoorbeeld mee?

Antwoord

Met uitzondering van het spoelen tellen alle elektrolytische of chemische behandelingen in baden hier mee. Niet-elektrolytische, niet-chemische oppervlaktebehandelingen, zoals ultrasoon geluid, gritstralen, hoge drukreiniging met water en (uit)gloeien tellen niet mee.

Toelichting

Een behandelingsbad in categorie 2.6 is een bad waarin aanpassing van het oppervlakte plaatsvindt door een elektrolytisch of chemisch procedé. Naast het hoofdproces worden er baden gebruikt voor processen zoals reinigen, beitsen, ontvetten, zuurdippen, passiveren en spoelen. Al deze behandelingen tot aanpassing van het materiaaloppervlakte met een elektrolytisch of chemisch proces vallen daarom onder de definitie van ‘behandeling’.

De capaciteitsdrempel van 30 m3 in categorie 2.6 moet worden overschreden om te bepalen of er sprake is van een IPPC-installatie. Voor het toetsen aan de capaciteitsdrempel, moet het bevoegd gezag het totaal volume van de baden bepalen. Hierin tellen dus alleen de baden mee waarin processtappen plaatsvinden waarbij het oppervlakte van het materiaal aangepast wordt door een elektrolytisch of chemisch proces.

Vaak wel onderdeel van de installatie

De stappen die hier niet meetellen bij het bepalen van de capaciteit, zoals spoelen, horen vaak wel tot de IPPC-installatie. Het gaat dan namelijk om ‘andere op dezelfde locatie ten uitvoer gebrachte en daarmee rechtstreeks samenhangende activiteiten’. Dit volgt uit de definitie in artikel 3, lid 3 van de Richtlijn industriële emissies.