Wegen en definities

Wegen heb je in allerlei soorten en maten. Wegen zijn verhard of onverhard. Er zijn woonerven en Wegen en definitiessnelwegen. Er zijn rijkswegen, provinciale wegen, gemeentelijke wegen en zelfs particuliere wegen.

Er is ook veel regelgeving rond wegen. De Wegenverkeerswet 1994 en onderliggende regelgeving regelt de verkeersveiligheid op de weg. Maar een weg heeft ook een milieueffect op de omgeving en daarom is er ook allerlei wetgeving om dit te regelen. Voorbeelden hiervan zijn de Wet geluidhinder en het Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen). Belangrijk is dus om elke keer goed te kijken welke wettelijke begrippen van toepassing zijn.

Op deze pagina vindt u de verschillende indelingen van typen wegen en begripsbepalingen op een rij, en daaraan gekoppeld de werkingssfeer. Hier wordt ingegaan op de volgende indelingen/begripsbepalingen:

Indeling op basis van beheer

Een weg wordt beheerd en onderhouden door een wegbeheerder. Hieruit komt dan de volgende indeling:

  • Rijkswegen
  • Provinciale wegen
  • Gemeentelijke wegen
  • Waterstaatswegen

Deze indeling wordt ook gehanteerd in sommige regelgeving. Zo geldt het instrument van geluidsproductieplafonds in principe alleen voor Rijkswegen.

Wegcategorisering Duurzaam Veilig

In 1997 is het convenant Startprogramma Duurzaam Veilig Verkeer opgesteld. Dit convenant is ondertekend door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en de lagere overheden (VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten), IPO en de UvW). Dit convenant heeft, met het oog op de verkeersveiligheid, geleid tot eenduidige categorisering van wegtypen. Er worden drie categorieën wegen onderscheiden met een verschillende functie en een daarbij behorend wegontwerp:

  • Stroomwegen
    Dit type weg is bestemd om veel verkeer te verwerken met zo min mogelijk oponthoud. De stroomweg is bij voorkeur ongelijkvloers met een snelheid van minimaal 100 km/h.
  • Gebiedsontsluitingswegen
    Dit is een weg die is ontworpen of aangewezen om een gebied aan te sluiten op stroomwegen. De opbouw van de wegvakken zijn gericht op doorstroming, alleen op de kruispunten vindt uitwisseling plaats. Zo zijn er bijvoorbeeld geen erfaansluitingen en zijn er fietspaden langs de weg.
  • Erftoegangswegen
    Dit is een weg die bedoeld is om verkeer uit te wisselen, zowel op wegvakken als op kruispunten. Op een erftoegangsweg gelden lagere snelheden. Zo geldt voor een dergelijke weg in de bebouwde kom 30 km-uur.

Deze wegcategorisering heeft op zichzelf geen wettelijke status. Hij wordt vooral gebruikt in het opstellen van een wegontwerp. Daarnaast worden bovenstaande begrippen regelmatig gebruikt in de planregels van bestemmingsplannen en bij verkeersbesluiten.

Wegenverkeerswet 1994

De Wegenverkeerswet 1994 (Wvw) vormt de basis voor alle verkeersregels. Uitgangspunt daarbij is de vlotheid en doorstroming van het verkeer. Daarnaast mag niemand hinder of gevaar op de weg veroorzaken. Deze regels zijn verder uitgewerkt in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Rvv).

In artikel 1 van de Wvw is een begripsbepaling voor wegen gegeven:

  • wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten

Daarnaast staan in het Rvv definities voor een autoweg en een autosnelweg:

  • autoweg: weg, aangeduid door bord G3 van bijlage I; langs autowegen g3 autoweggelegen parkeerplaatsen, tankstations en bushalteplaatsen maken geen deel van de autoweg uit.
  • autosnelweg: weg, aangeduid door bord G1 van bijlage I; langs autosnelwegen gelegen parkeerplaatsen, tankstations en bushalteplaatsen maken geen deel van de autosnelweg uit.G1 autosnelweg

Deze definities zijn als eerste van belang voor de werkingssfeer van de Wvw. Daarnaast wordt in een aantal (milieu) wetten en besluiten naar één of beide definities verwezen:

  • Wet geluidhinder (artikel 1 en 83)
  • Crisis- en herstelwet (bijlage II)
  • Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteit) (artikel 1)
  • Besluit Milieueffectrapportage (onderdeel A, Bijlage)

Wet geluidhinder

In artikel 1 Wgh wordt een definitie gegeven van het begrip “weg”:

  • weg: voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande weg of openstaand pad, met inbegrip van de daarin liggende bruggen of duikers, alsmede een spoorweg die niet is aangegeven op de kaart, bedoeld in artikel 106, of de geluidplafondkaart;

In artikel 73 wordt aangegeven welke typen weg onder de werkingssfeer van Hoofdstuk VI. "Zones langs wegen" vallen:

Dit hoofdstuk is van toepassing op:

  • de aanleg en reconstructie van wegen die niet zijn aangegeven op de geluidplafondkaart;
  • de sanering van aanwezige woningen, andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen; Dit onder voorwaarde dat ze niet zijn gelegen langs wegen die zijn aangegeven op de geluidplafondkaart;
  • de projectie van woningen, andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen binnen de zones van wegen, bedoeld in artikel 74.

In artikel 74, tweede lid Wgh is bepaald dat een weg die gelegen is binnen een als woonerf aangeduid gebied, of waarvoor een maximum snelheid van 30 km per uur geldt geen zone heeft. Voor een 30 km-uur weg, die geen zone heeft, gelden de bepalingen van dit hoofdstuk dus ook niet.

autoweg en autosnelweg
In de Wgh wordt in de definitie van stedelijk - en buitenstedelijk gebied verwezen naar de begrippen autoweg en autosnelweg uit het Rvv.

  • stedelijk gebied: gebied binnen de bebouwde kom, doch, voor de toepassing van de hoofdstukken VI en VII voor zover het betreft een autoweg of autosnelweg als bedoeld in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, met uitzondering van het gebied binnen de bebouwde kom, voor zover liggend binnen de zone langs die autoweg of autosnelweg;
  • buitenstedelijk gebied: gebied buiten de bebouwde kom alsmede, voor de toepassing van de hoofdstukken VI en VII voor zover het betreft een autoweg of autosnelweg als bedoeld in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, het gebied binnen de bebouwde kom, voor zover liggend binnen de zone langs die autoweg of autosnelweg;

De begrippen “stedelijk gebied” en “buitenstedelijk gebied” spelen een rol in het beoordelingskader van woningen (artikel 83 Wgh). Het bepaald tot welke maximale waarde het bevoegd gezag ontheffing mag verlenen van de voorkeurgrenswaarde.

hoofdweg
In de wet geluidhinder wordt (in artikel 1 Wgh) ook het begrip “hoofdweg” gedefinieerd:

  • hoofdweg: een weg waarvoor een verbinding is aangegeven op een kaart van indicatieve en limitatieve hoofdwegverbindingen, die behoort tot een structuurvisie als bedoeld in artikel 2.3 van de Wet ruimtelijke ordening;

Het begrip hoofdweg in de Wgh is alleen van belang voor de rijksoverheid in situaties waar een Tracébesluit genomen wordt. Liggen er binnen het gebied waar een Tracébesluit betrekking heeft ook wegen die onder de Wgh vallen (bijvoorbeeld ventwegen) dan kan op basis van artikel 104a de minister de bepalingen (zoals het vaststellen van hogere waarden) van de Wgh binnen het Tracébesluit toepassen.

Wet milieubeheer hoofdstuk 11

In hoofdstuk 11 Geluid worden twee onderwerpen geregeld:

  • Geluidsbelastingkaarten en actieplannen (Titel 11.2)
  • Geluidproductieplafonds rijkswegen en spoorwegen (Titel 11.3)

Voor beide onderwerpen geldt dezelfde definitie van een weg:

  • weg: voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande weg, met inbegrip van de daarin liggende bruggen of viaducten;

Geluidsbelastingkaarten en actieplannen (Titel 11.2)

De verplichtingen uit deze titel zijn gekoppeld aan de beheerders van de weg.

Geluidsbelastingskaarten en actieplannen worden vastgesteld door:

  • De minister: voor wegen in het beheer bij het Rijk (artikel 11.6, lid 1 Wm)
  • Gedeputeerde staten: voor delen van provinciale wegen waarop naar verwachting in het daarop volgende kalenderjaar meer dan drie miljoen maal een motorvoertuig zal passeren (artikel 11.6 lid 2 jo. 11.4 lid 1, onder a Wm)
  • Burgemeester en wethouders van door de minister als agglomeratie aangewezen verstedelijkte gebieden met ten minste 100.000 inwoners, voor wegen

Dit dient een kop te zijn. (R-pd.3.2: Gebruik markup voor kopregels die de hiërarchie van de informatie op de pagina uitdrukken.)">

Wegen en spoorwegen met geluidproductieplafonds (titel 11.3)

Ook in deze titel is de werking van de bepalingen gekoppeld aan het beheer van de weg. De bepalingen zijn in ieder geval van toepassing op wegen (en aan te leggen wegen) onder twee voorwaarden:

  • in het beheer van het Rijk
  • aangegeven op de geluidplafondkaart

Daarnaast kunnen op de geluidplafondkaart ook andere wegen, alsmede aan te leggen wegen, worden aangegeven, waarop de bepalingen van de geluidproductieplafonds van toepassing zijn.

Tracéwet

De Tracéwet gaat uit het begrip hoofdweg. In artikel 1 Tracéwet wordt dit begrip gedefinieerd:

  • hoofdweg: een auto- of autosnelweg van nationaal belang