Activiteitenbesluit: Overgangsrecht en maatwerk

Vraag

De geluidsvoorschriften uit de milieuvergunning blijven nog 3 jaar gelden als maatwerkvoorschrift wanneer een vergunningplichtige inrichting onder het Activiteitenbesluit gaat vallen (overgangsrecht). Mag het bevoegd gezag voor deze inrichting maatwerkvoorschriften stellen?

Antwoord

Ja. De geluidsvoorschriften van de vergunning worden gedurende drie jaar aangemerkt als maatwerkvoorschriften, mits de voorschriften van die vergunning vielen binnen de bevoegdheid van het bevoegd gezag tot het stellen van maatwerkvoorschriften (art. 6.1 lid 1). Na drie jaar vervallen de maatwerkvoorschriften, tenzij deze op tijd worden vastgelegd.

Het bevoegd gezag heeft op basis van art. 2.20 de mogelijkheid om in de periode van drie jaar het maatwerkvoorschrift te bestendigen, te wijzigen of in te trekken. Redenen voor maatwerk zijn te vinden in de toelichting bij artikel 2.20 (de hoogte van het omgevingsgeluid; maatschappelijke ontwikkelingen; individuele economische motieven wanneer maatregelen onvoldoende soelaas bieden).

Het bevoegd gezag zal natuurlijk wel het besluit tot het vaststellen van maatwerk (of het bestendigen, wijzigen of intrekken) moeten motiveren.

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft zich over een dergelijke situatie uitgesproken (ABRvS 26 mei 2010, nr. 200903823/1/M1). Door de inwerkingtreding van het Activiteitenbesluit op 1 januari 2008 is de geldende vergunning van de inrichting vervallen. De aan deze vergunning verbonden geluidsvoorschriften zijn ingevolge art. 6.1 aangemerkt als maatwerkvoorschriften. Bij het besluit van 8 april 2009 zijn deze voorschriften ingetrokken en maatwerkvoorschriften als bedoeld in art. 2.20 lid 1 vastgesteld.

De Afdeling oordeelt als volgt:

  • Het Activiteitenbesluit biedt geen aanknopingspunt voor de opvatting dat, ten gevolge van het in werking treden van het Activiteitenbesluit, het beschermingsniveau (voor derden) niet mag afnemen ten opzichte van het beschermingsniveau onder de voorheen vergunde situatie.
  • Alle activiteiten, waar de maatwerkvoorschriften betrekking op hebben, dienen bij de beoordeling van het geluidsniveau betrokken te worden.
  • Er is geen grond voor de opvatting dat bij het stellen van maatwerkvoorschriften geen rekening mag worden gehouden met het omgevingsgeluid of maatregelen die getroffen kunnen worden om het door de inrichting veroorzaakte geluidsniveau te beperken.

Zie ook: