Overzicht OBM opslag explosieven bij een defensie-inrichting

Onderstaande tabel geeft aan wanneer voor opslag van explosieven bij een defensie-inrichting een Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets (OBM) nodig is en welke bijzonderheden voor deze OBM gelden.

Juridisch overzicht Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM)

Opslag explosieven (defensie)

Aangewezen activiteiten Het binnen een inrichting die in gebruik is bij de Nederlandse of een bondgenootschappelijke krijgsmacht (art. 2.2a lid 7 Bor):
  • oprichten van een voorziening waarin gevaarlijke stoffen van de ADR klasse 1.1 of 1.2 of meer dan 50 kilogram netto explosief gewicht van klasse 1.3 worden opgeslagen;
  • uitbreiden van de hoeveelheid opgeslagen gevaarlijke stoffen van de ADR klasse 1.1 of 1.2 per opslagvoorziening;
  • uitbreiden van de hoeveelheid opgeslagen gevaarlijke stoffen van de ADR klasse 1.3 per opslagvoorziening, indien na uitbreiding meer dan 50 kilogram netto explosief gewicht van deze klasse aanwezig is;
  • veranderen van de bouwkundige staat van een voorziening waarin gevaarlijke stoffen van de ADR klasse 1.1 of 1.2 of meer dan 50 kilogram netto explosief gewicht van klasse 1.3 worden opgeslagen.
Ondergrens
  • ADR-klasse 1.1 of 1.2: geen
  • ADR-klasse 1.3: 50 kilogram
Bovengrens Geen
Uitzondering

De OBM is niet vereist als de activiteit deel uitmaakt van een IPPC-installatie.

Weigeringsgronden De OBM wordt geweigerd als de activiteit leidt tot het ontstaan of het vergroten van een of meer veiligheidszones ten opzichte van de krachtens artikel 2.6.5, tweede lid, van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening aangewezen veiligheidszones waardoor een nieuwe inbreuk op een veiligheidszone ontstaat of het plaatsgebonden risico bij een bestaande inbreuk op een veiligheidszone groter wordt dan 10-5.
Op welk moment is de OBM nodig? Bij oprichting, uitbreiding of verandering van de bouwkundige staat
Lex silencio van toepassing? Ja
Relatie met Bijlage I Categorie 29.3 van bijlage I, onderdeel B, van het Besluit omgevingsrecht, regelt de gevallen waarin voor een inrichting die in gebruik is bij de Nederlandse of een bondgenootschappelijke krijgsmacht een omgevingsvergunning milieu nodig is.