Wisselverwarmingsinstallatie

Leeswijzer

Deze pagina begint met een uitleg van de activiteit "In werking hebben van een wisselverwarmingsinstallatie". Wat valt hier in het Activiteitenbesluit wel en niet onder?

De voorschriften van deze activiteit zijn van toepassing op inrichtingen type A, B en C.

In het linkermenu ziet u voor welke milieuthema's bij deze activiteit voorschriften gelden. Onderaan deze pagina vindt u per thema een link naar de uitleg over deze voorschriften.

Uitleg van de activiteit

Wisselverwarmingsinstallaties komen met name voor bij bedrijven voor spoorvoertuigen en op spoorwegemplacementen. De voorschriften in het Activiteitenbesluit zijn alleen van toepassing op installaties met een gesloten buizensysteem gevuld met een bodembedreigende vloeistof.

Een installatie bestaande uit een gesloten buizensysteem kan zijn gevuld met een antivriesmiddel (zoals glycol) of een verwarmde olie.

Niet van toepassing

De voorschriften zijn niet van toepassing op wissels die worden verwarmd door gas of elektriciteit. Voor het in werking hebben van gasgestookte en elektrische wisselverwarmingsinstallaties geldt alleen de zorgplicht.




Bodembedreigende stof

Activiteitenbesluit, artikel 1.1

bodembedreigende stof: stof die de bodem kan verontreinigen als bedoeld in bijlage 2 van deel 3 van de NRB, en stoffen of mengsels als omschreven in artikel 3 van de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels die de bodem kunnen verontreinigen

Toelichting

De bodembedreigendheid van een stof is af te leiden uit het Stoffenschema van de NRB (zie bijlage 2 deel 3 van de NRB). In het algemeen geldt dat stoffen binnen een bedrijfsmatige activiteit bodembedreigend zijn, tenzij het tegendeel is bewezen. In gezamenlijk overleg tussen bedrijf en bevoegd gezag kan per stof worden vastgesteld of er feitelijk sprake is van een bodembedreigende situatie.