Bodem- en veiligheidsvoorschriften bovengrondse opslagtanks: ADR klassen 5.1 en 8, halfzware olie en PER

Op deze pagina staat informatie over de bodem- en veiligheidsvoorschriften voor het opslaan van de volgende stoffen in bovengrondse opslagtanks (paragraaf 4.1.3 van het Activiteitenbesluit en de -regeling):

  • ADR klasse 5.1
  • ADR klasse 8 verpakkingsgroepen II en III zonder bijkomend gevaar
  • halfzware olie
  • PER (tetrachlooretheen)

klasse 5-1 klasse 8 Tetrachlorethylene

Op de pagina Opslagtanks bovengronds staan de vindplaats, grenzen van vergunningplicht en een uitleg over begrippen zoals opslagtank en procestank.

De voorschriften voor PER (tetrachlooretheen) gelden alleen voor de opslag van PER in bovengrondse tanks bij een inrichting voor de reiniging van textiel. De voorschriften voor halfzware olie gelden alleen voor de opslag tot maximaal 1.500 liter in bovengrondse tanks bij een inrichting voor agrarische activiteiten. In andere situaties is volgens het Besluit omgevingsrecht een omgevingsvergunning milieu nodig.

Algemeen

In de Activiteitenregeling gelden voor de opslag van stoffen van klasse 5.1 of 8 van het ADR, halfzware olie of PER in bovengrondse tanks de volgende algemene regels:

  • Artikel 4.14:
    • tank en leidingen verkeren in goede staat
    • opslagtanks, leidingen en appendages zijn geschikt voor de opgeslagen stoffen

    • de opslagtank staat op de vloer, uitzonderingen hierop zijn:

      • als door de constructie van de bijbehorende procesinstallatie plaatsing op de vloer onmogelijk is, of

      • als het een bestaande tank is die is geïnstalleerd voor de datum waarop dit artikel op de inrichting van toepassing werd
  • Artikel 4.18: voorzieningen ter bescherming van bodem- en oppervlaktewater, zie hiervoor de pagina Opslaan bodembedreigende vloeistoffen in bovengrondse tanks.

Aanvullende eisen

Installatie- en tankcertificaat

In artikel 4.15 van de Activiteitenregeling staat de eis dat een opslagtank voor de opslag van halfzware olie is geïnstalleerd en wordt onderhouden door een gecertificeerd tankinstallateur, volgens het normdocument BRL K903.

Dezelfde eis geldt voor een opslagtank waarop een ondergrondse leiding is aangesloten voor de opslag van klasse 5.1 van het ADR of stoffen van de klasse 8 van het ADR, verpakkingsgroepen II en III zonder bijkomend gevaar. Deze eis is niet van toepassing op een bovengrondse opslagtank met stoffen van klasse 5.1 van de ADR die is geïnstalleerd voor 1 juli 2020.

Met deze eis geldt de verplichting voor het beschikbaar hebben van een installatiecertificaat. Omdat een installatiecertificaat niet kan worden afgegeven zonder een tankcertificaat, is de verplichting tot het hebben van een tankcertificaat niet opgenomen als eis.

Een tankcertificaat alleen is niet voldoende, omdat dit certificaat bijvoorbeeld niet het inhoudmeetsysteem, de overvulbeveiliging, de antihevelvoorziening of de locatie van de geplaatste tank omvat.

PGS 30:2011

Een stationaire opslagtank voor de opslag van halfzware olie voldoet aan de in artikel 4.15 van de Activiteitenregeling opgenomen voorschriften van de PGS 30:2011. Daarnaast volgen de onderhouds- en keuringseisen uit de PGS 30.

Halfzware olie

Naast de bovenstaande eisen gelden voor halfzware olie ook onderstaande eisen.

Niet op verdieping

Een opslagtank van halfzware olie staat niet op een verdieping. In afwijking hiervan mag een bestaande opslagtank met halfzware olie tot het moment van de eerst volgende keuring (15 of 20 jaar na installatie) op een verdieping staan. Bij maatwerkvoorschrift kan het bevoegd gezag toestaan dat een opslagtank op een verdieping staat. Aan opslagtanks op een verdieping kunnen eisen gesteld worden over de toegankelijkheid van de opslagtank voor brandbestrijding.

Inpandig

Een inpandige opslag van halfzware olie voldoet aan het volgende:

  • geaarde tankinstallatie met een potentiaalvereffening
  • ontluchting naar buiten op ten minste 5 meter hoogte (niet in de buurt van openingen)
  • goede ventilatie (volgens NPR 7910-1)
  • alarmering als de temperatuur in de opslagruimte boven het vlampunt van de vloeistof komt
  • vlamdover (geïnstalleerd volgens NEN-EN-ISO 16852 en de ATEX-richtlijnen 137 en 95)
  • buitengelegen vulpunt
  • peilvoorziening met een zelfsluitende peildop

Uitpandig

Een uitpandige opslag van halfzware olie voldoet aan het volgende:

  • opslagtank van kunststof of staal
  • een niet-brandbare lekbak van staal of beton, bij een stalen dubbelwandige tank is geen lekbak nodig
  • geaarde tankinstallatie met een potentiaalvereffening
  • ontluchting op ten minste 5 meter boven maaiveld
  • vlamdover (geïnstalleerd volgens NEN-EN-ISO 16852 en de ATEX-richtlijn)
  • vul-, zuig- en persleidingen beveiligd tegen aanrijding
  • peilvoorziening met een zelfsluitende peildop
  • de tank heeft een lichte bekleding of verfsysteem

Mobiele opslagtank

De opslag van halfzware olie in mobiele bovengrondse opslagtanks inclusief de bijbehorende leidingen en appendages, voldoet aan bijlage D van PGS 30:2011. Met de actualisatie van de PGS 30 is de keuringstermijn van mobiele bovengrondse opslagtanks waarin halfzware olie wordt opgeslagen aangepast naar eenmaal per tweeënhalf jaar (in plaats van eenmaal per anderhalf jaar).

PER

Een opslagtank voor de opslag van PER voldoet aan de in artikel 4.16 van de Activiteitenregeling opgenomen voorschriften van de PGS 31. Voorschrift 2.2.4 en paragraaf 6.4.1 van PGS 31 zijn niet van toepassing op een bovengrondse opslagtank met PER die is geïnstalleerd voor 1 juli 2020.