Hoge voorgrondbelasting mag worden betrokken; dat bewoner geen geurhinder ervaart, maakt niet uit

Rechtbank Oost-Brabant, 24 januari 2017 , SHE 16/1878, Meijerijstad, voorheen Sint-Oedenrode. De gemeente heeft een omgevingsvergunning geweigerd voor het wijzigen van een agrarische woning naar plattelandswoning vanwege een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat. De voorgrondbelasting bedraagt 31,6 Ou/m3.

Eiser is het daar niet mee eens: "Geur kan volgens eiser wel eens hinderlijk zijn, maar zal zelden leiden tot een onverantwoorde woon- en leefsituatie. Eiser woont er al jaren en heeft nergens last van."

De rechtbank vindt dit geen steekhoudend argument: "Het feit dat de eiser (eigenaar veehouderij) nooit geurhinder heeft ondervonden doet niets af aan het feit dat het woon- en leefklimaat onaanvaardbaar is voor zowel hemzelf als de toekomstige bewoners. Dat eiser daar ter plekke al lang woont zonder klachten, leidt niet tot een ander oordeel. Eisers persoonlijke ervaringen zijn niet relevant, want verweerder zal zonder aanziens des persoons moeten afwegen of een willekeurig persoon daar ter plekke kan wonen. Ook dat deze willekeurige persoon ervoor kiest om in een plattelandswoning te gaan wonen, speelt daarom geen rol."

De eiser geeft verder aan dat in een andere zaak van 17 februari 2016 de Afdeling Bestuursrechtspraak heeft geoordeeld dat daar sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat, terwijl de voorgrondbelasting daar 29 Ou/m3 was. De rechtbank oordeelt:  "Deze uitspraak verplicht verweerder echter niet om tot een soortgelijke uitkomst van de belangenafweging te komen. Verweerder heeft hierin beoordelingsvrijheid die de rechtbank zal respecteren."

Datum uitspraak:
24 januari 2017
Zaaknummer:
SHE 16/1878
Instantie:
gemeente