Doelstellingen Bkmw 2009

De milieukwaliteitseisen uit het Bkmw 2009 zijn niet gekoppeld aan bijvoorbeeld het besluit tot het verlenen van een watervergunning. Toch moet een waterbeheerder bij het uitoefenen van zijn bevoegdheden op grond van de Waterwet rekening houden met de chemische en ecologische doelstellingen. Deze doelstellingen zijn in de voor zijn waterlichamen geldende waterplannen vastgelegd.

Eén van de doelen van de Waterwet is het bevorderen en beschermen van de chemische en ecologische kwaliteit van het (oppervlakte)water. Hiermee wordt volgens de Memorie van Toelichting gedoeld op de relevante KRW-doelstellingen. Bovendien moet een bestuursorgaan op grond van de Algemene wet bestuursrecht bij het nemen van besluiten rekening houden met zijn eigen beleid. Waaronder dus ook de waterplannen.

Voor rijkswateren is in het BPRW 2009-2015 een toetsingskader voor individuele besluiten opgenomen. Dit toetsingskader regelt dat de KRW-doelstellingen zoals die zijn vastgelegd in het plan in veel gevallen toch betrokken moeten worden bij het vaststellen van watervergunningen, projectplannen en andere besluiten op grond van de Waterwet. Dit toetsingskader is sinds 22 december 2009 in werking. Bij de afhandeling van alle aanvragen van watervergunningen, die op of na 22 december 2009 zijn ingediend, moet hier rekening mee worden gehouden. Voor de waterschappen geldt op grond van het Nationaal waterplan een vergelijkbaar toetsingskader.

De waterbeheerder moet zich door deze toetsingskaders bij elk besluit dat hij neemt op grond van de Waterwet, waarbij een nieuwe activiteit of uitbreiding van een bestaande activiteit wordt toegestaan, afvragen: blijft het behalen van de KRW-doelen zoals vastgelegd in het waterplan voor het relevante waterlichaam nog wel mogelijk als deze activiteit ongewijzigd doorgang vindt? Hierbij wordt enerzijds gekeken naar emissies van verontreinigende stoffen en anderzijds naar de effecten van fysieke ingrepen op de ecologie.

Activiteiten, waarvan de effecten in het kader van het opstellen van het waterplan al beoordeeld en meegenomen zijn, hoeven in principe niet opnieuw integraal getoetst te worden aan de KRW-doelen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de maatregelen uit het KRW-maatregelenpakket. Hiervan is in het stadium van planvorming al uitvoerig onderzocht in hoeverre deze bijdragen tot het halen van de KRW-doelen. Om die reden bieden de toetsingskaders voor dit soort activiteiten een eenvoudigere oplossing.

De toetsingskaders vormen een aanvulling op het bestaande beleid, Ze worden alleen toegepast als de activiteit of ontwikkeling op grond van het bestaande beleid wordt toegestaan. Zo wordt voor lozingen het toetsingskader op dit moment alleen toegepast, als deze op grond van de emissie-immissietoets al aanvaardbaar zijn gevonden. Op deze manier wordt niet onnodig extra getoetst aan de doelen van de KRW. Een aanvullende toetsing op waterlichaamniveau blijft echter wel nodig, omdat het bestaande beleid primair op lokaal niveau toetst (bij lozingen bijvoorbeeld aan de rand van de mengzone).

Het bestaande milieubeleid in Nederland biedt al een hoge mate van bescherming voor de waterkwaliteit. Naar verwachting zal de aanvullende toetsing daarom in het merendeel van de gevallen geen extra beperkingen opleveren. Het toetsingskader is bedoeld om waterbeheerders op basis van een aantal heldere criteria onderscheid te laten maken tussen:

  • situaties, waarin gewoon vergund kan worden zonder verder onderzoek (ja, op voorwaarde dat), en
  • situaties waarin de aangevraagde vergunning niet zomaar kan worden verleend (nee, behalve als).

Voor deze laatste gevallen zal extra overleg tussen initiatiefnemer en waterbeheerder vereist zijn.

Het naast elkaar bestaan van deze toetsingskaders en het bestaande beleid is in beginsel bedoeld als voorlopige oplossing. Voor de toetsing van lozingen van stoffen is inmiddels een nationaal instrument ontwikkeld, vastgelegd in het Handboek Immissietoets. Van de beide toetsingskaders is dus enkel de toetsing op ecologische aspecten nog van toepassing. Er zijn initiatieven om ook voor de ecologische toetsing tot een nationaal instrument te komen (nog geen termijn bekend waarop dit gereed zal zijn).

Het Handboek Immissietoets is sinds 1 januari 2012 ook aangewezen als BBT-document in de Regeling omgevingsrecht.