Nevenemissies en secundaire emissies

Vraag

Hoe moet ik bij vergunningverlening omgaan met nevenemissies en secundaire emissies bij toepassing van emissiebeperkende technieken?

Antwoord

Een afgasstroom kan meerdere componenten bevatten die alleen met verschillende emissiebeperkende technieken kunnen worden bestreden.

In dat geval moet het bedrijf voor de belangrijkste component een emissiebeperkende techniek inzetten die voldoet aan BBT. Ook moet het bedrijf voldoen aan de emissiegrenswaarden voor lucht uit het Activiteitenbesluit. Mogelijk zijn er nevenemissies: componenten van het afgas die eventueel niet worden afgevangen door deze maatregel. Een tweede nageschakelde techniek kan dan nodig zijn als dit redelijkerwijs mogelijk is. Is dat niet het geval, dan kan het bevoegd gezag afwijken van de emissiegrenswaarden in het Activiteitenbesluit.

Er kunnen ook situaties zijn waarin het inzetten van een emissiebeperkende techniek leidt tot nieuwe emissies. Ook dan moet voor deze secundaire emissies worden afgewogen of een tweede nageschakelde techniek redelijkerwijs te verlangen is. Is dat niet het geval, dan kan het bevoegd gezag afwijken van de emissiegrenswaarden in het Activiteitenbesluit.

Meer informatie over afwijken van de emissiegrenswaarde staat in de handleiding luchtemissies bij bedrijven. Bij procesgeïntegreerde maatregelen kan de integrale afweging als motivatie dienen.

Voorbeeld nevenemissies

Een maatregel kan de emissie van een bepaalde stof beperken maar tegelijk ongunstig zijn voor het beperken van andere emissies. Het kan bijvoorbeeld zijn dat het bedrijf een gaswasser toepast om zure gassen af te vangen. Een kleine emissie van chloorgas (Cl2) wordt door een wasser slecht afgevangen. Het verlangen van een extra nageschakeld koolfilter zou in zo'n geval technisch lastig kunnen zijn (vanwege vocht) en relatief kostbaar. Als met de ingezette wasser de emissiegrenswaarde voor Cl2 niet haalbaar is, kan het bevoegd gezag gemotiveerd afwijken van de emissiegrenswaarden in artikel 2.5 van het Activiteitenbesluit.

Voorbeeld secundaire emissies

Een nageschakelde techniek of procesgeïntegreerde maatregel kan zelf een bron van emissie zijn. NOx kan vrijkomen bij een naverbrander, ammoniak uit een SCR installatie, loog uit een loogwasser en SO2 bij thermische regeneratie van vormzand. Dergelijke emissies zijn meestal klein en blijven meestal onder de emissiegrenswaarden van het Activiteitenbesluit.

In sommige gevallen kunnen de emissiegrenswaarden wel worden overschreden. Het bevoegd gezag kan dan de gunstige effecten van de emissiebeperkende techniek afwegen tegen de ongewenste effecten van overschrijding van de emissiegrenswaarde. Op basis hiervan kan het bevoegd gezag gemotiveerd afwijken van de emissiegrenswaarden in artikel 2.5 van het Activiteitenbesluit.