2. Luchtemissiemetingen

In dit hoofdstuk wordt de analysegang besproken van monsterneming, monsterconditionering tot en met de daadwerkelijke analyse. Luchtemissiemetingen kunnen direct in het rookgaskanaal worden uitgevoerd (in-situ), maar ook daarbuiten (extractief) door het afzuigen van een deelstroom met een monsternamesysteem (zie § 2.2.1In-situ versus extractief). Het is van belang dat het rookgas hierbij representatief wordt bemonsterd (zie § 2.2.2 Representativiteit van bemonstering en § 2.2.3 Bemonsteringsmethoden). Bij het gebruik van een monsternamesysteem moet het monster worden geconditioneerd met betrekking tot stof en waterdamp om verstoring van de metingen en/of verlies van de rookgascomponenten te voorkomen (zie § 2.3 Monsterconditionering). Vervolgens vindt de daadwerkelijke analyse plaats door een continue of afzonderlijke meting. Hierbij kunnen verschillende meetmethoden en -principes worden toegepast (zie § 2.4 Analyse).