3.3.1 Accreditatie

De accreditatie van meetinstituten is een belangrijk instrument voor het verkrijgen van betrouwbare meetgegevens. Accreditatie staat voor de procedure die wordt gevolgd om te erkennen dat een organisatie of persoon competent is voor het uitvoeren van specifieke taken. Belangrijke elementen hierbij zijn: onafhankelijkheid, onpartijdigheid, objectiviteit, transparantie, consistentie, continuïteit en bekwaamheid. Accreditatie is voor meetinstanties verplicht.

De Raad voor Accreditatie (RvA) bestaat sinds 1995. Op grond van de EU-verordening Accreditatie en Markttoezicht is in 2009 de RvA door het Ministerie van Economische Zaken aangewezen als nationale Accreditatie Autoriteit. De RvA voldoet aan de eisen van ISO/IEC 17011 en is ondertekenaar van de Multilaterale Overeenkomst van de European Co-operation for Accreditation (EA). Op basis van deze overeenkomst worden onder andere accreditaties binnen de EU wederzijds erkend. Een meetinstantie geaccrediteerd door een buitenlandse accreditatie-instelling, zie www.european-accreditation.org is op basis hiervan ook toegestaan in Nederland.

Het accreditatieproces bestaat uit een registratie, gevolgd door een vooronderzoek en een beoordeling. Een verworven accreditatie wordt door de RvA jaarlijks getoetst op blijvende validiteit.

Instanties die luchtemissiemetingen uitvoeren vallen onder de categorie testlaboratoria of inspectie-instellingen. Testlaboratoria bepalen de eigenschappen van een product of proces en doen op basis van hun onderzoek een uitspraak over het analyseresultaat. Competentie van inspectie-instellingen gaat verder, want zij mogen op basis van het analyseresultaat een uitspraak doen of wordt voldaan aan het gebruikersdoel. Inspectie-instellingen worden bij accreditatie getoetst aan NEN-EN-ISO/IEC 17020.

Het toetsingskader bij de accreditatie van testlaboratoria wordt gevormd door NEN-EN-ISO/IEC 17025 en NPR-CEN/TS 15675. NEN-EN-ISO/IEC 17025 bevat alle eisen waaraan testlaboratoria moeten voldoen als zij willen aantonen dat ze volgens een kwaliteitssysteem werken, technisch competent zijn en in staat zijn technisch valide resultaten te leveren. NPR-CEN/TS 15675 is een uitwerking hiervan op het gebied van luchtemissiemetingen (stack emissions).

De eisen in NEN-EN-ISO/IEC 17025 vallen uiteen in eisen aan het management en technische eisen. De eisen aan het management zijn onder meer gericht op het opzetten en onderhouden van een kwaliteitssysteem, de beheersing van documentatie en registraties en het nemen van preventieve en corrigerende maatregelen. Daarnaast zijn er technische eisen, die gaan over de beïnvloeding van de juistheid en betrouwbaarheid van meetresultaten door:

  • Menselijke factoren (eisen aan personeel);
  • Technische voorzieningen en omgevingsfactoren;
  • Meetmethoden (selectie, validatie, bepaling meetonzekerheid);
  • Apparatuur (onderhoud, kalibratie, ‘logboek');
  • Herleidbaarheid van metingen;
  • Monsterneming en -behandeling (procedures voor monsterneming, transport, opslag et cetera);
  • Eisen aan de rapportages van de meetinstanties.

Bij de accreditatie hoort een scope of toepassingsgebied. Hierin wordt voor de betreffende meetinstantie het materiaal of produkt (matrix) gespecificeerd waarin de testen worden uitgevoerd, het soort testen of parameters en de methoden die hierbij worden gehanteerd. Deze methoden kunnen, maar hoeven niet noodzakelijkerwijs gebaseerd te zijn op een norm. Er kan worden afgeweken van de toepassing van genormaliseerde meetmethoden, indien wordt aangetoond dat de toe te passen meetmethode tot vergelijkbare resultaten leidt als de genormaliseerde meetmethode (bijvoorbeeld met behulp van NEN 7778 of CEN/TS 14793). In gevallen waarvoor geen op de situatie toegesneden genormaliseerde meetmethoden beschikbaar zijn, kan men andere meetmethoden toepassen. Als de vergelijkbaarheid met referentiemethode is aangetoond, mag in de scope worden opgenomen dat er conform referentiemethode wordt gemeten. Anders wordt volgens eigen methode geacrediteerd.

Voor minder vaak voorkomende componenten volstaat een accreditatie voor de meer algemene rookgascomponenten, zoals bijvoorbeeld NOx, SO2, stof, CxHy en O2.

De scope vermeldt tevens welke vestigingen onder de accreditatie vallen en welke verrichten per vestiging zijn geaccrediteerd.

Informatie over geaccrediteerde meetinstanties en hun scope is te vinden bij de Raad voor Accreditatie www.rva.nl.