Focus op potentiële Zeer Zorgwekkende Stoffen

Potentiële ZZS zijn stoffen waarvan nog niet met zekerheid bekend is of ze wel of niet ZZS zijn. Wel kan het bevoegd gezag een bedrijf dat de melding doet of de vergunning aanvraagt om nader onderzoek vragen als er emissies zijn van potentieel ZZS. Ook kan het bevoegd gezag zo nodig een strengere emissie-eis opleggen.

Wat zijn potentiële ZZS stoffen?

Van potentiële Zeer Zorgwekkende Stoffen is denkbaar, maar nog niet aangetoond, dat ze voldoen aan de criteria om te worden geclassificeerd als ZZS.

Naast de groep ZZS bestaat er een oneindig grote hoeveelheid chemische stoffen, die in meer of mindere mate zorg vereisen. De lijst potentiële ZZS is een hulpmiddel om in elk geval de categorie stoffen die in beeld zijn als mogelijk ZZS, binnen die oneindig grote hoeveelheid stoffen, onder de aandacht te brengen.

Lijst potentiële ZZS

De lijst met potentiële ZZS is per definitie dynamisch en niet uitputtend. RIVM werkt deze lijst 2 keer per jaar bij op basis van Europese lijsten met zorgstoffen waarvan nog niet alle eigenschappen zijn vastgesteld. Zodra is aangetoond dat een potentiële ZZS voldoet aan de ZZS-criteria, wordt deze verplaatst naar de ZZS-lijst.

Wanneer van een potentiële ZZS is aangetoond dat die niet voldoet aan de criteria, wordt deze van de lijst potentiële ZZS afgevoerd. Vanuit het voorzorgbeginsel kan het bevoegd gezag eisen dat het bedrijf onderzoek laat doen om te bepalen of een stof als ZZS moet worden geclassificeerd. Met behulp van de lijst potentiële ZZS kan het bevoegd gezag gericht kijken of een dergelijke eis voor de stof bij het bedrijf opportuun is.

Op de RIVM website staat de lijst van potentiële ZZS. RIVM zal deze lijst regelmatig aanpassen aan de laatste stand van zaken. De lijst helpt de vergunningverleners (type C bedrijven) en toezichthouders van type A en B-bedrijven.

Welke toegevoegde waarde biedt de lijst potentiële ZZS om emissies van gevaarlijke stoffen tegen te gaan?

  1. Het bevoegd gezag en bedrijven geven de emissies van potentiële ZZS naar lucht of water extra aandacht. Het bevoegd gezag kan daarbij onderzoek eisen om te bepalen of de stof toch als ZZS moet worden gekwalificeerd.
  2. Bedrijf en bevoegd gezag gaan samen na welke emissies van potentiële ZZS er zijn en in welke hoeveelheden.
  3. Het bevoegd gezag kan in de vergunning (type C bedrijven) invulling geven aan de zorgplicht. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de lokale milieudruk (concentraties op leefniveau) en de bijdrage daaraan van het bedrijf.
  4. Bij type A en B bedrijven kan het bevoegd gezag op basis van zorgplicht (art 2.1 Ab) aanvullende voorschriften vastleggen in een maatwerkbesluit.
  5. De lijst is een hulpmiddel voor bevoegd gezag om te boordelen of extra eisen aan de emissies moeten worden gesteld en is voor bedrijven een indicatie dat de stof mogelijk ZZS wordt.

Emissies naar lucht

De voorschriften voor ZZS-emissies naar lucht staan in afdeling 2.3, artikel 2.4, van het Activiteitenbesluit. Voor potentiële ZZS geeft artikel 2.7 Ab de mogelijkheid (maatwerk) tot strengere emissie-eisen.

Voor potentiële ZZS geldt géén 5-jaarlijkse rapportageverplichting zoals vermeld in artikel 2.4 lid 3.

Emissies naar water

Wanneer daar aanleiding voor is, kunnen de gevolgen van de onder algemene regels vallende directe en indirecte lozingen, worden beoordeeld aan de hand van de ABM 2016 en het Handboek immissietoets 2016. De toepassing van deze beoordeling is verplicht bij het stellen van maatwerkvoorschriften voor lozingen.

Type A en B bedrijven

Bij type A bedrijven worden geen relevante emissies van ZZS of potentiële ZZS  verwacht. Voor type A en B bedrijven gelden de voorschriften uit hoofdstuk 3 en 4 van het Activiteitenbesluit. Deze hoofdstukken regelen de emissies via het toepassen van BBT. Uitgangspunt is dat deze voorschriften voldoende milieubescherming bieden.

Komen wel relevante emissies van ZZS of potentiële ZZS vrij? Dan bekijkt het bevoegd gezag van geval tot geval welke eisen en maatregelen nodig zijn. De emissie-eisen uit artikel 2.5 van het Activiteitenbesluit gelden als er geen eisen staan in hoofdstuk 3 en 4 van het Activiteitenbesluit. De voorschriften voor ZZS uit artikel 2.4 van het Activiteitenbesluit gelden niet. Artikel 2.1 van het Activiteitenbesluit (zorgplichtartikel) vormt de basis voor het stellen van aanvullende voorschriften. Het bevoegd gezag legt deze voorschriften vast in een maatwerkbesluit.

Het bevoegd gezag kan wel voor type B bedrijven in voorkomende gevallen eisen stellen aan de locatie en uitvoering van het emissiepunt van ZZS. Dit staat in artikel 2.4 lid 8b van het Activiteitenbesluit.


ZZS bij type A en B bedrijven

Het bevoegd gezag kan bij type A en B bedrijven zonodig via maatwerk op het zorgplichtartikel voorschriften stellen voor ZZS.