ADR klasse 8 en/of 9 verpakkingsgroep II en III

Vraag

Mogen ADR-klasse 8 stoffen, verpakkingsgroep II en III en/of klasse 9, zonder bijkomend gevaar tot een gezamenlijke hoeveelheid van ten hoogste 10 ton worden opgeslagen in een ruimte waar ook andere werkzaamheden worden uitgevoerd (bijvoorbeeld in een werkplaats, productieruimte/werkruimte)?

Antwoord

In een werkplaats, productieruimte/werkruimte mag in beginsel alleen opslag van ADR-klasse 8 (verpakkingsgroep II en III, zonder bijkomend gevaar) en/of 9 stoffen aanwezig zijn (zie voorschriften 3.2.11 en 3.2.12 en de toelichting). Binnen een ruimte waar werkzaamheden worden uitgevoerd en daarnaast opslag plaatsvindt van deze stoffen, is dat alleen toegelaten als werk en opslag duidelijk van elkaar zijn gescheiden. Dit kan door een fysieke scheiding zoals een hekwerk of door een vrije zone van twee meter met een duidelijke vaste markering op de vloer.

Omdat ADR-klasse 8 (verpakkingsgroep II en III, zonder bijkomend gevaar) en klasse 9 stoffen minder risicovol zijn bij incidentenbestrijding, worden in de PGS 15 minder eisen gesteld aan de brandwerendheid van de opslagvoorziening waarin deze stoffen worden opgeslagen. De voorschriften voor de WBDBO van de bouwkundige voorziening, de eis van het inpandig opslaan van maximaal 2.500 kg en de eis voor de opslag van maximaal 500 kg of liter op een verdieping zijn bijvoorbeeld niet van toepassing.

Opslag van deze stoffen in een ruimte waar werkzaamheden worden uitgevoerd, kan worden toegelaten als aan bovenstaande eis voor fysieke scheiding is voldaan, en ook is voldaan aan de voorwaarden dat:

  • Er productopvang aanwezig is (bijv. opslag op vloeistofdichte lekbakken, paragraaf 3.6).
  • Er voldoende bodembeschermende voorzieningen en maatregelen zijn getroffen (paragraaf 3.5) die in combinatie leiden tot een verwaarloosbaar bodemrisico (A) volgens de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB).
  • Er ter plaatse veiligheidssignalering, veiligheidsinformatiebladen en instructies aanwezig zijn (voorschrift 3.13.2).
  • Er alleen sprake is van de opslag van ADR-klasse 8 stoffen in verpakkingsgroep II en II, en klasse 9 zonder bijkomend gevaar tot een gezamenlijke hoeveelheid van ten hoogste 10 ton.
  • De opslag niet in een vluchtroute ligt.

Andere voorschriften

Daarnaast gelden de andere voorschriften uit hoofdstuk 3 van de PGS 15. Afhankelijk van de situatie kunnen nog nadere voorschriften worden gesteld op basis van het Arbobesluit. Hierbij moet onder meer gedacht worden aan deskundigheidseisen voor de in de ruimte aanwezige personen en nadere eisen over voorlichting en onderricht. Door aan deze voorwaarden te voldoen wordt het gedeelte van de ruimte waar de ADR-klasse 8 VG II en III en/of klasse 9 stoffen staan opgesteld, als een aparte opslagvoorziening gezien.