Indieningsvereisten vergunning bodemenergiesystemen

Als u een watervergunning wilt aanvragen voor een open bodemenergiesysteem, moet u bij die aanvraag een beschouwing toevoegen van de mogelijke negatieve gevolgen die hierdoor ontstaan. Op deze pagina vindt u meer informatie over het opstellen van de effectbeschouwing.

Berekeningen en uitgangspunten

Voor de effectbeschouwing is het nodig dat u verschillende berekeningen uitvoert. Hanteer de onderstaande uitgangspunten voor de in te dienen effectbeschouwing. Vermeld telkens de informatiebronnen die u bij de berekeningen hebt gebruikt.

  • Bodemprofiel
    Beschrijf de lokale en regionale bodemopbouw. Hanteer daarvoor een maatgevende geohydrologische schematisatie (met kD- en c-waarden).
  • Grondwaterstanden/stijghoogten
    Geef per bodemlaag (deklaag en watervoerende pakketten, eventuele opsplitsing in tussenlagen) aan wat de maatgevende grondwaterstanden of stijghoogten zijn (gemiddeld hoogste, gemiddelde en gemiddeld laagste waarden).
  • Temperatuur en energie
    Geef voor de wintersituatie (het koude seizoen) aan wat de gemiddelde en minimale temperaturen zijn van het in de bodem te brengen grondwater. Geef voor de zomersituatie (het warme seizoen) aan wat de gemiddelde en maximale temperaturen zijn van het in de bodem te brengen grondwater. Geef ook aan wat de temperatuur van het grondwater is op de diepte waarop de filters van de onttrekking en retournering zijn beoogd, vóór ingebruikname van het bodemenergiesysteem. Vermeld daarnaast de energiehoeveelheid die per kwartaal respectievelijk aan het grondwater wordt onttrokken en toegevoegd.

Effecten bodemenergiesystemen > 50 m3/h
Houd bij het beschrijven van de effecten van open bodemenergiesystemen met een capaciteit van meer dan 50 m3/h rekening met de onderstaande mogelijke effecten. Vermeld steeds de informatiebronnen die u hebt gebruikt.

  • Hydrologische invloed
    Geef per bodemlaag (deklaag en watervoerende pakketten, eventuele opsplitsing in tussenlagen) aan wat de maximale verlaging en verhoging van de grondwaterstand/stijghoogte is en tot welke afstand het 5 cm-invloedsgebied maximaal reikt. Het 5 cm-invloedsgebied, alsmede overige relevante verlagings-en verhogings-isohypsen, geeft u ook grafisch weer op een kaart (op schaal) met een duidelijke topografische ondergrond.
  • Hydrothermische invloed
    Geef per watervoerend pakket en zowel voor de wintersituatie (koude seizoen) en de zomersituatie (warme seizoen) aan tot welke afstand de thermische invloedsgebieden (temperatuursverandering + of - 0,5 °C) na 20 jaar werking van het systeem maximaal kunnen reiken. Geef ook de thermische invloedsgebieden zowel voor de wintersituatie en zomersituatie na 20 jaar werking van het systeem grafisch weer op een kaart met een duidelijke topografische ondergrond
  • Zettingen/maaivelddaling
    Bepaal via een zettingsberekening wat de maximale maaiveldzetting zal zijn.
  • Bebouwing en infrastructuur
    Beschouw op basis van de maximale grondwaterstands- en stijghoogteverlagingen en zettingen wat de kans op schade (constructief, architectonisch, paalrot) aan bebouwing en infrastructuur is door toedoen van de onttrekking.
  • Kwel/inzijging
    Geef aan in hoeverre de verticale stromingsrichting (kwel en inzijging) verandert door toedoen van het bodemenergiesysteem. In gebieden met wisselend zoet, brak en/of zout grondwater in de betreffende bodemlagen geeft u aan in hoeverre zoet/brak (chloridegehalte 150 mg/l) en brak/zout (chloridegehalte 1.000 mg/l) grensvlakken worden verplaatst door toedoen van het bodemenergiesysteem.
  • De invloed op overige grondwateronttrekkingen en -infiltraties
    Informatie over overige grondwateronttrekkingen en -infiltraties kunt u opvragen bij provincie of waterschappen. Beschrijf en onderbouw wat het maximale effect is van het energieopslagsysteem op overige grondwateronttrekkingen en -infiltraties binnen het 5 cm invloedsgebied van het energieopslagsysteem.
  • Bodemverontreinigingen
    Geef aan in hoeverre bestaande bodem- en grondwaterverontreinigingen door het onttrekken en terugbrengen van grondwater kunnen worden verplaatst.
  • Archeologie en aardkundige waarden
    Beschouw op basis van de maximale grondwaterstands- en stijghoogteverlagingen en zettingen wat de kans op schade aan archeologisch waardevolle objecten en aardkundige waarden is door toedoen van de onttrekking.
  • Landbouw, natuur (onder andere Natura 2000-gebieden) en waardevolle groenvoorziening
    Beschouw op basis van de maximale grondwaterstandsverlagingen en -verhogingen wat de effecten voor landbouw, natuur en waardevolle groenvoorziening kunnen zijn door toedoen van de onttrekking en retournering. Kwantificeer eventuele vermindering van landbouwopbrengsten.

Effecten bodemenergiesystemen < 50 m3/h

Voor systemen tot 50 m3/uur en 250.000 m3/jaar waarvan de bovenkant van de bronfilters dieper dan 20 meter beneden maaiveld wordt geplaatst, is de beschouwing van de mogelijk negatieve effecten beperkter van aard. Uit onderzoek van de NVOE is gebleken dat de hydrologische invloed op het ondiepe grondwater, en daarmee de effecten op ondiepe belangen, van deze systemen in het algemeen beperkt zijn. Voor deze categorie van open bodemenergiesystemen kan daarom in de meeste gevallen volstaan worden met een eenvoudiger beschouwing van de hydrologische en thermische effecten.

De eisen aan de effectbeoordeling voor deze systemen, inclusief een rapportagemodel, zijn opgenomen in bijlage 4 van de Besluitvormingsuitvoeringsmethode bodemenergiesystemen voor provinciale taken (BUM BE deel 1). Zie: bevoegd gezag bodemenergiesystemen op de website van het SIKB

Let op: Vanwege de bodemopbouw in de provincie Gelderland zijn de vereenvoudigde indieningsvereisten daar niet standaard van toepassing (een éénlaagsmodel volstaat niet standaard). In Provincie Gelderland moeten daarom de hydrologische en hydrothermische effecten in beeld worden gebracht met een model, passend bij de geohydrologische situatie. Uit de resultaten van deze berekeningen volgt welke diepe en ondiepe belangen meegenomen moeten worden bij de effectbeoordeling.


Zie dit handboek