Wanneer geldt § 3.5.8 Activiteitenbesluit en wanneer toets ik ammoniak en geur in de omgevingsvergunning milieu met de Wav en Wgv?

Vraag

Wat is de reikwijdte van paragraaf 3.5.8 Activiteitenbesluit? Deze paragraaf bevat voorschriften zoals in de Wet ammoniak en veehouderij (Wav) en in de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) (artikel 3.112 tot en met 3.119 en 3.121) en een registratieverplichting (artikel 3.120). Wanneer gelden deze voorschriften en wanneer moet dit in de omgevingsvergunning milieu staan?

Antwoord

Het antwoord verschilt voor type B- en type C-inrichtingen.

Type B-inrichtingen vallen in hun geheel onder het Activiteitenbesluit. Paragraaf 3.5.8 van het Activiteitenbesluit is van toepassing, inclusief de ‘Wav-‘ en ‘Wgv-voorschriften' en de registratieverplichting. Behalve voor inrichtingen met weinig landbouwhuisdieren.

Type C-inrichtingen hebben een omgevingsvergunning milieu nodig, die wordt aangevuld door het Activiteitenbesluit. De voorschriften uit paragraaf 3.5.8 zijn van toepassing, behalve de 'Wgv-voorschriften' en ‘Wav-voorschriften'. Deze toets aan Wgv en Wav gaat via de omgevingsvergunning milieu. Het registratievoorschrift van artikel 3.120 (dat niet in de Wgv of Wav staat) geldt overigens ook niet rechtswege. Dit moet worden geregeld in de omgevingsvergunning milieu.

Dit volgt uit artikel 3 onder b van het Activiteitenbesluit.

Aanvankelijk stond dit niet goed in het Activiteitenbesluit. Dit is op 1 maart 2014 gerepareerd met wijziging van artikel 3 Activiteitenbesluit (zie onderdeel S van het reparatiebesluit van het Activiteitenbesluit) (pdf, 217 kB).