Lozingsvoorschriften reinigen en wassen van textiel
De activiteit "reinigen en wassen van textiel" omvat zowel het chemisch reinigen als natwassen. Voor natwassen kent het besluit geen specifeke lozingsvoorschriften omdat dit afvalwater overeenkomt met huishoudelijk afvalwater.
Bij chemisch reinigen is vooral het veel gebruikte PER (tetrachlooretheen) een milieuaspect. Daarom is voor afvalwater bij deze activiteit alleen een norm gesteld voor PER.
Vindplaats
§ 4.7.4 Activiteitenbesluit (AB): artikel 4.102.
Bij het reinigen van textiel in chemische wasserijen wordt vaak gewerkt met reinigingsmiddelen. Deze renigingsmiddelen kunnen PER of andere oplosmiddelen bevatten. In het bedrijfsafvalwater kan zo een kleine hoeveelheid PER terechtkomen. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen in de volgende situaties:
- bij het reinigingsproces wordt water in de trommel toegevoegd, of
- bij conventionele machines waar leidingwater als koelmedium wordt gebruikt.
Natwasserijen gebruiken veel water met een relatief hoge temperatuur. In het kader van energiebesparing kan waterhergebruik met terugwinning van warmte daardoor al snel rendabel zijn.
Er zijn grote textielreinigingbedrijven die zich richten op het wassen van bedrijfskleding e.d.. Het afvalwater dat bij deze bedrijven ontstaat kan in redelijke mate verontreinigd zijn met milieubezwaarlijke stoffen. Denk daar bij aan minerale olie, PAK's (polyaromatische koolwaterstoffen) en metalen.
Deze verontreinigingen zouden aanleiding kunnen geven om via een maatwerkvoorschrift op grond van de zorgplicht (artikel 2.1) voorwaarden aan de lozing te stellen. De praktijk wijst uit dat in het algemeen geen redelijke maatregelen te bedenken zijn. Zelfs bij de grootste wasserijen in deze sector. En dat daardoor het stellen van een maatwerkvoorschrift niet aan de orde is.
Voor deze activiteit heeft men alleen de lozing op het vuilwaterriool geregeld. Voor lozingen in de bodem of in een hemelwaterriool moeten initiatiefnemers een maatwerkvoorschrift op basis van Artikel 2.2 Activiteitenbesluit aanvragen.
Voor een lozing in oppervlaktewater is een Waterwetvergunning nodig. De waterkwaliteitsbeheerder is in dat geval bevoegd gezag. Afhankelijk van de keur kan dit met een reguliere vergunning (korte procedure volgens de Algemene wet bestuursrecht).
De activiteit staat in hoofdstuk 4 van het Activiteitenbesluit. Daarom gelden de voorschriften alleen voor type A/B-bedrijven. Ze gelden niet voor type C bedrijven. Een inrichting type B moet deze activiteit vier weken voor de start melden. Een type C moet hiervoor een vergunning aanvragen of een wijziging aanvragen.
Er kan afvalwater vrijkomen bij deze activiteit. Als type-C bedrijven dit willen lozen, moet het bevoegde gezag deze lozing regelen in de omgevingsvergunning. Dit geldt voor lozen op de riolering en op de bodem. Bij een lozing in het oppervlaktewater is een watervergunning nodig.
Het deel uit de nota van toelichting vindt u hier: NvT textiel reinigen (pdf, 12 kB).
Verboden en voorwaarden
Afvalwater afkomstig van het wasproces bevat in enig steekmonster niet meer dan 0,1 milligram PER per liter.
Lozingsnormen voor afvalwater gelden op moment dat afvalwater vrijkomt. Verdunnen van afvalwater is in strijd met een algemeen beginsel van de Wet milieubeheer artikel 10.29a : het beperken van het gebruik van grondstoffen (in dit geval water).
Voor het verlenen van vergunningen is een instructieregel hiervoor opgenomen in artikel 5.5 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht (BOR).
In de lozingenbesluiten is het verbod tot verdunnen opgenomen in artikel 2.2a van het activiteitenbesluit of 2.3 Besluit lozen buiten inrichtingen. Uit oogpunt van doelmatigheid kan dit aangepast worden, bijvoorbeeld omdat het afvalwater door eenzelfde zuiveringsvoorziening kan worden geleid.
Als een bedrijf een lozingsnorm overschrijdt dan moet dat bedrijf het productieproces aanpassen of het afvalwater (voor)zuiveren voor een lozing.
De lozingsvoorwaarden voor vuilwaterriool gelden voor het gemeentelijk riool, maar ook voor een particulier stelsel. Daarbij maakt het niet uit of het particuliere stelsel aansluit op het gemeentelijk riool of direct aansluit op een afvalwaterzuiveringsinstallatie (awzi). De lozingsvoorwaarden zijn namelijk bedoeld voor de bescherming van het milieu, de waterzuivering én het rioolstelsel.
Controleaspecten
- De nadruk zal bij deze bedrijven liggen bij de luchtemissie en de arbo-aspecten van PER. Als het daarbij fout zit, kunnen ook problemen met het afvalwater aan de orde zijn.
- Voorafgaand aan de inspectie: dossieronderzoek, resultaten en afspraken eerdere inspecties.
- Bij een chemische wasserij zal bij toepassing van oplosmiddelen moeten worden gelet op het voorkomen dat PER in het afvalwater terecht komt en vervolgens wordt geloosd op het vuilwaterriool.
- Bij een natwasserij letten op hergebruik van waswater. Check de temperatuur van de lozing.
- Eventueel monstername en analyse om te toetsen aan de grenswaarde voor PER.