Vervallen bepalingen Besluit textielreinigingsbedrijven

Bepalingen niet opgenomen in het Activiteitenbesluit

Per 1 januari 2008 is, met het in werking treden van het Activiteitenbesluit, deze AMvB ingetrokken.

Enkele bepalingen van deze AMvB zijn niet opgenomen in het Activiteitenbesluit. Dit sluit niet uit dat volgens andere regelgeving, zoals het Bouw- of Arbo-regelgeving, deze onderwerpen nog wel gereguleerd zijn. Welke bepalingen zijn vervallen, en wat de reden hiervan is, is hieronder aangegeven. Het overzicht van de vervallen bepalingen is niet uitputtend.

Bijlage 1: voorschrift 1.6.2

Accu's zijn tijdens het laden opgesteld in een goed geventileerde ruimte.

Vervallen: gehele voorschrift. Dit betreft Arbo-regelgeving.

Bijlage 1: voorschrift 2.1.3

  1. Als binnen de inrichting met PER wordt gereinigd, toont degene die de inrichting drijft, aan het bevoegd gezag aan dat aan voorschrift 2.1.1 ook aan onderdeel a van voorschrift 2.1.2 wordt voldaan. Daartoe verricht degene die de inrichting drijft, metingen die worden uitgevoerd met inachtneming van de meetvoorschriften uit bijlage 2. De metingen worden uiterlijk verricht binnen drie maanden na het van toepassing worden van voorschrift 2.1.2, of op een eerder tijdstip na goedkeuring van het bevoegd gezag. De rapportage van de metingen wordt aan het bevoegd gezag overhandigd.
  2. Voor inrichtingen waarbinnen reeds vóór de inwerkingtreding van dit besluit met PER wordt gereinigd, geldt onderdeel a vanaf vijf jaar na het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit. Als binnen een zodanige inrichting een installatie die is ingericht voor reiniging met PER wordt gewijzigd of uitgebreid, geldt onderdeel a vanaf het moment dat de wijziging of uitbreiding in werking treedt.

Vervallen: gehele voorschrift. Reden: het geven van inzicht in emissies en immissies is een vereiste bij de melding en/of door zorgplicht/ maatwerk kan onderzoek verlangd worden.

Bijlage 1: voorschrift 2.1.4

De in de inrichting aanwezige reinigingsmachines zijn ten minste voorzien van een diepkoelsysteem waardoor de temperatuur van het mengsel van lucht- en PER-damp zodanig wordt gekoeld dat de concentratie van PER, gemeten direct boven het pas geloste textiel, niet meer bedraagt dan 340 mg/m3. De hoeveelheid PER die vrijkomt via de drooglucht ook uit het gereinigde textiel, bedraagt niet meer dan 20 g/kg gereinigd textiel.

Vervallen: eis over diepkoelsysteem. Het middelvoorschrift is overbodig, omdat er reeds een doelvoorschrift bestaat.

Bijlage 1: voorschrift 2.1.5

Reinigingsmachines die worden geplaatst na de datum van inwerkingtreding van dit besluit, zijn ten minste voorzien van een poederloos filter en van een voorziening voor het dampvrij uitruimen van de distilleerketel.

Vervallen: gehele voorschrift. Het middelvoorschrift is overbodig, omdat er reeds een doelvoorschrift bestaat.

Bijlage 1: voorschrift 2.1.10

Leidingen die PER-damp kunnen bevatten, zijn gasdicht uitgevoerd en bestand tegen PER-damp. Leidingen die door ruimten voeren die niet tot de inrichting behoren, hebben een brandwerendheid van ten minste 60 minuten.

Vervallen: gehele voorschrift. Er bestaat reeds een doelvoorschrift. Daarnaast betreft het brandveiligheid, wat geregeld is in het Bouwbesluit 2012.

Bijlage 1: voorschrift 2.2.4

Binnen de inrichting of aan scheidingsconstructie tussen de inrichting en niet tot de inrichting behorende ruimten van gevoelige objecten, worden zodanige maatregelen getroffen dat verspreiding van dampen als gevolg van het reinigen met andere oplosmiddelen, naar bedoelde ruimten wordt voorkomen.

Vervallen: gehele voorschrift. Er bestaat reeds een doelvoorschrift.

Bijlage 1: voorschrift 3.2.10

Degene die de inrichting drijft registreert het gebruik van vluchtige organische stoffen (VOS) in de inrichting. De registratie bevat ten minste de volgende gegevens:

  1. het totaal aan inkoop van VOS-houdende producten, over elk kalenderjaar;
  2. de voorraad aan VOS-houdende producten en afvalstoffen op 1 januari van elk jaar;
  3. de totale hoeveelheid vluchtige organische stoffen aanwezig in afvalstoffen, die per kalenderjaar uit de inrichting zijn afgevoerd;
  4. het totale verbruik van vluchtige organische stoffen in het verstreken kalenderjaar, te berekenen uit het verschil tussen de ingekochte hoeveelheden, de afgevoerde hoeveelheden, de aan de leverancier geretourneerde hoeveelheden en het voorraadverschil en
  5. de totale hoeveelheid textiel (uitgedrukt in kg gereinigd textiel) dat is gereinigd met PER of een ander VOS-houdend product, over elk kalenderjaar.

De berekening van het totale verbruik van vluchtige organische stoffen wordt uiterlijk 2 maanden na afloop van het kalenderjaar in de registratie opgenomen. De registratie wordt in de inrichting bewaard en ter inzage gehouden. De registratie wordt ten minste 5 jaar bewaard.

Vervallen: gehele voorschrift, eisen oplosmiddelenboekhouding zijn vereenvoudigd.

Bijlage 1: voorschrift 4.4.1

In gevallen waarin de in voorschrift 1.1.1, 1.1.3 of 1.1.4 opgenomen waarden voor langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (LAr,LT) en piekniveaus (LAmax) naar het oordeel van het bevoegd gezag te hoog of te laag zijn, kan het bevoegd gezag voor een inrichting bij nadere eis waarden vaststellen die lager of hoger zijn dan de in voorschrift 1.1.1, 1.1.3 of 1.1.4 opgenomen waarden. Voor inrichtingen die voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit zijn opgericht, is de etmaalwaarde niet lager dan 40 dB(A).

Vervallen: gehele voorschrift. Het bevoegd gezag heeft andere middelen.


Zie ook