Rol ruimtelijke ordening
De ruimtelijke ordening biedt gemeenten en provincies instrumenten om rekening te houden met mogelijke risico’s voor de gezondheid voor omwonenden van veehouderijen.
De huidige regelgeving staat centraal:
- de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en
- de Crisis-en herstelwet (Chw)
De Omgevingswet komt dus niet aan de orde. Ook gaat het steeds om nieuwe situaties: nieuwbouw of uitbreiding van veehouderijen en realisatie van woningen in de buurt van veehouderijen.
Motivering besluiten
Bij de toepassing van juridische instrumenten voor bescherming van de gezondheid is sprake van een grijs gebied. Vaak is wel bekend waarop bevoegde gezagen niet mogen ingrijpen, maar is nog niet helemaal duidelijk wat wél kan. Dat hangt ook samen met de ontwikkelingen in kennis over mogelijke risico's. Een goede motivering van het bevoegd gezag is daarom erg belangrijk bij ruimtelijke besluiten en (achterliggend) beleid.
Rol ruimtelijke ordening
De ruimtelijke ordening heeft vooral een rol bij gezondheidsrisico's voor omwonenden, als het geen besmettelijke dierziekten betreft.
Er is jurisprudentie over de risico’s van besmettelijke dierziekten voor omwonenden. Daarin gaf de Raad van State aan, dat dan alleen een aanvullende rol is weggelegd voor de ruimtelijke ordeningsregelgeving. Zie bijvoorbeeld uitspraak nr. 201604157/1/R6, 5 oktober 2016, Brummen of 201012686/1/R3, 31 augustus 2011, Heeze-Leende. Dat komt omdat het bevorderen van diergezondheid en voorkomen van overdracht van besmettelijke dierziekten al is geregeld in de diergezondheidswetgeving (zoals de Wet dieren en de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren).
Andere mogelijke gezondheidsrisico’s voor omwonenden van veehouderijen zijn niet via deze diergezondheidsregelgeving gereguleerd. De rol en betekenis van de ruimtelijke ordeningsregelgeving is bij die risico’s dus belangrijker. Bovendien biedt de ruimtelijke ordening meer mogelijkheden en afwegingsruimte om de omgevingskwaliteit te beïnvloeden dan de milieuregelgeving.