Onderzoek aantal vergunningplichtige inrichtingen

In 2010 is een onderzoek uitgevoerd om inzicht te krijgen in het aantal inrichtingen per bedrijfstak dat na de eerste en tweede fase nog een Omgevingsvergunning milieu nodig heeft.

Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van het project ‘Modernisering VROM-regelgeving'.

Met de inwerkingtreding van het Activiteitenbesluit per 1 januari 2008 is de eerste fase van het project modernisering algemene regels afgerond. In de tweede fase worden in een drietal tranches meer vergunningplichtige inrichtingen onder algemene regels gebracht.

Het onderzoek had tot doel een overzicht te verkrijgen van het aantal inrichtingen per bedrijfstak dat na de eerste en tweede fase van het moderniseringstraject nog een Omgevingsvergunning milieu nodig heeft.

In het rapport wordt geconcludeerd dat na de tweede fase van het monderniseringstraject naar schatting nog ongeveer 22.000 inrichtingen van de in totaal 412.000 inrichtingen een Omgevingsvergunning milieu nodig hebben. Iets minder dan 3.300 van deze inrichtingen vallen onder de IPPC-richtlijn en/of het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (Brzo).

Daarnaast geeft het rapport inzicht in het aantal inrichtingen per bedrijfstak:

  • dat na elke tranche van de tweede fase nog een Omgevingsvergunning milieu nodig heeft;
  • dat na de ontwikkelingen op het gebied van het Besluit landbouw milieubeheer en het Besluit glastuinbouw nog een Omgevingsvergunning milieu nodig heeft;
  • dat valt onder het Activiteitenbesluit maar waarvoor bij oprichting of wijziging eerst een Omgevingsvergunning beperkte milieutoets nodig is;
  • dat valt onder de werkingssfeer van de IPPC-richtlijn of het Brzo;

Het Eindrapport aantallen vergunningplichtige inrichtingen 2010 (pdf, 547 kB) geeft de achtergronden, reden en doel van het onderzoek, een beschrijving van de aanpak en een beschrijving van de resultaten en conclusies.