Oorzaken weinig spui chemische luchtwassers

Er zijn verschillende mogelijke oorzaken voor een te lage spuiwaterproductie bij chemische luchtwassers. De onderstaande lijst is niet uitputtend. 
Op deze pagina staan mogelijke acties om te zorgen voor een goede werking van het luchtwassysteem. Dit zijn geen voorschriften of verplichte acties. De veehouder is verplicht om te zorgen voor een goede werking, maar hij kan dat ook op een andere manier doen.

C0 - Spuiwatermeter werkt niet goed

C1 - pH te hoog

C2 - Luchtwasser heeft perioden uitgestaan

C3 - Luchtwasser is te klein gedimensioneerd

C4 - EC-sensor is vervuild

C5 - Te laag waswaterdebiet

C6 - Verstopte sproeiers

C7 - NOx/lachgas productie

C8 - Niet alle lucht verlaat de stal via de luchtwasser

C9 - Filterpakket heeft een te klein contactoppervlak (verkeerd filtermateriaal)

C10 - Te dun filterpakket

C11 -In de stal komt minder ammoniak vrij, dan berekend volgens de Rav

C0 - Spuiwatermeter werkt niet goed

De luchtwasser kan wel goed werken en voldoende spuiwater produceren, maar de veehouder en de toezichthouder kunnen dit niet, of niet goed zien.

De geregistreerde spuiwaterhoeveelheid wijkt af van de werkelijk afgevoerde hoeveelheid spuiwater.

Kalibreren en als nodig correct afstellen, of vervangen van de spuiwatermeter.

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder

C1 - pH te hoog

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Geen, of te weinig omzetting ammoniak in ammoniumsulfaat. De geleidbaarheid loopt daardoor niet, of te langzaam, op en de luchtwassers spuit niet, of te weinig. Registratie van de pH in de elektronische monitoring, als de pH- sensor goed werkt (daarvoor moet de sensor wekelijks worden schoongemaakt). Zorgen voor voldoende toevoer van zwavelzuur.

C2 - Luchtwasser heeft perioden uitgestaan

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Proceswater wordt niet rondgepompt over het filterpakket. Daardoor wordt ammoniak niet opgenomen in het waswater en niet omgezet in ammoniumsulfaat. Het totale elektriciteitsverbruik van de waswaterpomp neemt tijdens het uitstaan niet toe. Ook de geleidbaarheid neemt niet toe. Zorgen dat de luchtwasser altijd aan staat.
Afspraken maken en vastleggen in onderhoudscontract dat reparatie en vervanging onderdelen snel plaatsvinden. Als de luchtwasser langere tijd (meer dan 24 uur) uitstaat moet dit gemeld worden aan het bevoegd gezag.

C3 - Luchtwasser is te klein gedimensioneerd. De veehouder ventileert meer dan waarop de luchtwasser is gedimensioneerd.

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
De capaciteit is te laag. Daardoor wordt te weinig ammoniak omgezet in ammoniumsulfaat. Vergelijking van de dimensionering met het werkelijke maximale ventilatiedebiet in de stal. Ventilatie aanpassen aan de dimensionering van de luchtwasser (eventueel minder dieren), of luchtwasser groter dimensioneren of vervangen door een goed gedimensioneerde luchtwasser.

C4 - EC-sensor is vervuild

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Sensor registreert een lagere geleidbaarheid, waardoor de luchtwasser niet tijdig spuit. De geleidbaarheid kan teveel toenemen, waardoor ammoniumsulfaat neerslaat en de circulatie van het waswater en de verdeling van het waswater over het filterpakket wordt verstoord. Hierdoor wordt minder ammoniak omgezet in ammoniumsulfaat Laagdebietalarmering. Afslaan waswaterpomp. EC-sensor wekelijks schoonmaken.

C5 - Te laag waswaterdebiet, door verkeerde afstelling frequentieregelaar voor pomp, te lichte pomp, versleten pomp, vervuilde filters

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Er lost te weinig ammoniak op in het waswater, waardoor er te weinig wordt omgezet in ammoniumsulfaat. Bovendien kunnen delen van het filterpakket droogvallen en dichtslaan met stof. Laagdebietalarmering. Elektriciteitsverbruik waswaterpomp. Capaciteit waswaterpomp ten opzichte van totaal vereiste capaciteit van alle sproeiers. Als delen van het filterpakket droogvallen, neemt de drukval toe. Voor voldoende debiet zorgen (frequentieregelaar goed afstellen, waswaterpomp vervangen en/of, filters  schoonmaken)

C6 - Verstopte sproeiers

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Er lost te weinig ammoniak op in het waswater, waardoor er te weinig wordt omgezet in ammoniumsulfaat. Bovendien kunnen delen van het filterpakket droogvallen en dichtslaan met stof. Laagdebietalarmering. Elektriciteitsverbruik waswaterpomp. Capaciteit waswaterpomp ten opzichte van totaal vereiste capaciteit van alle sproeiers. Als delen van het filterpakket droogvallen, neemt de drukval toe. Sproeiers schoonmaken

C7 - NOx/lachgas productie (chemische combiwassers met een waterwasstap voor de chemische wasstap)

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Biologisch processen die niet overeenkomen met het werkingsprincipe en waarbij lachgas kan vrijkomen. Slijmvorming op het filterpakket, schuimvorming op het proceswater. Mogelijk wel een hoge ammoniakreductie, maar door lachgasvorming is er geen goede werking.
  1. De waterwasstap laten voldoen aan de eisen voor biologische luchtwassystemen (pH tussen 6,5 en 7,5; EC maximaal 20 mS/cm, spuien aangestuurd op basis van de EC)
  2. Dat betekent ook aparte elektronische monitoring voor deze wasstap en
  3. Het spuiwater van de waterwasstap niet gebruiken om het waswater van de chemische wasstap te verversen.

C8 - Niet alle lucht verlaat de stal via de luchtwasser (illegale bypass, open deur in de drukkamer, drukkamer of andere onderdelen van het ventilatiesysteem zijn niet lekdicht uitgevoerd)

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
De lucht die niet door de luchtwasser gaat, gaat ongezuiverd naar buiten. Vergelijking ventilatiedebiet met het luchtdebiet in de luchtwasser. (Behoort niet tot verplichte parameters elektronische monitoring). Eventueel indicatieve meting ammoniakgehalte in leklucht. Zorgen dat alle lucht door de luchtwasser gaat. Lekken dichtmaken.

C9 - Filterpakket heeft een te klein contactoppervlak (verkeerd filtermateriaal)

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Er lost te weinig ammoniak op in het waswater, waardoor er te weinig wordt omgezet in ammoniumsulfaat Nauwelijks controleerbaar. Eventueel administratief: specificaties gebruikt filtermateriaal. Vervanging filterpakket

C10 - Te dun filterpakket (bijvoorbeeld bij ombouw van 70% naar 85% reductie)

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Er lost te weinig ammoniak op in het waswater, waardoor er te weinig wordt omgezet in ammoniumsulfaat. Dikte filterpakket Vervanging filterpakket

C11 -In de stal komt minder ammoniak vrij, dan is berekend volgens de Regeling ammoniak en veehouderij

Gevolgen voor de werking Aanwijzingen voor de oorzaak Actie door (of in opdracht van) veehouder
Door minder ammoniak neemt de geleidbaarheid langzamer toe en spuit de luchtwasser minder en minder vaak.

Ammoniakmeting in de stal, of lagere ammoniakproductie onderbouwen (bijvoorbeeld aantonen voermaatregelen).

Bevoegd gezag informeren dat dit de oorzaak is van minder spui en dat het niet komt door één van bovenstaande overtredingen. Als het structureel is: opleveringsverklaring laten aanpassen.