Mag het percentage geurgehinderden door het opstellen van de geurverordening toenemen?

Vraag

Moet het totale aantal geurgehinderden bij het opstellen van de verordening gelijk blijven?

Antwoord

Nee, dat is niet nodig. Het kan toenemen, zolang de gemeenteraad het nog aanvaardbaar vindt.

Het Stappenplan in paragraaf 4.5 van de Handreiking Wet geurhinder en veehouderij geeft aan dat de gemeente een analyse van de geursituatie moet maken in relatie tot de toekomstvisie. Dit staat beschreven in

De gemeenteraad moet bepalen wat een acceptabel hinderpercentage is. Het totale aantal geurgehinderden kan toenemen, zolang ze dat hogere aantal nog aanvaardbaar vindt. Natuurlijk moet er wel sprake blijven van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Binnen dat kader kan de gemeenteraad er voor kiezen om het percentage geurgehinderden (en daarmee de achtergrondbelasting) toe te laten nemen.

Dit is niet in strijd met artikel 8 van de Wet geurhinder en veehouderij. Daarin staat dat de gemeenteraad bij het vaststellen van een andere waarde of afstand "de noodzaak voor een even hoog niveau van bescherming van het milieu" moet betrekken.

In de uitspraak ABRvS, 201211840/1/R2 van 4 september 2013 kwam dit aan de orde: "Ten aanzien van het betoog van [appellant sub 2] dat de in de geurverordening vastgestelde afstandsverkorting in strijd met artikel 8, eerste lid, aanhef en onder c van de Wgv niet een even hoog niveau van de bescherming van het milieu waarborgt, omdat het aantal geurgehinderde objecten door toepassing van de geurverordening toeneemt, wordt overwogen dat anders dan waarvan [appellant sub 2] uitgaat het betrekken van de noodzaak van een even hoog niveau van de bescherming van het milieu niet betekent dat het aantal geurgehinderde objecten niet mag toenemen. Voorts is niet gebleken dat dit aspect niet op deugdelijke wijze bij de afweging is betrokken."